Kruijswijk, Pinot, Thomas of Alaphilippe. Bernal lieten ze buiten beschouwing. ‘Het kan alle kanten nog op’, zei de kale vijftiger die een grijs shirt droeg met in krullende letters de woorden Cycling Club.
We zaten op een terras gistermiddag. Achter ons zaten twee mannen van een jaar of 25, de kleinste van de twee droeg een wit wielerpetje. Aan het tafeltje naast hen zaten twee mannen van circa 55 jaar. De ene was kaal, de andere grijs.
Ik luisterde naar hun betoog want het ging over de Tour. Het was een rustdag en dat is voor een wielerfanaat zoals ik een vervelende dag. Maar gelukkig kon ik ongemerkt de discussie tussen de heren volgen. Schrale troost, maar toch.
Al snel was me duidelijk dat ze alle vier behoren tot het miljoenkoppige leger van wielerkenners.
De kleinste jongeman wist het wel zeker, Pinot gaat de Tour winnen. ‘Want’, zei hij, ‘Pinot zit in een flow. Hij is in topvorm en gaat toeslaan in de Alpen.’ Zijn overtuigende, sonore stem was op het halve terras te horen.
‘Zou kunnen,’dacht ik.
De nogal kale vijftiger twijfelde tussen Kruijswijk en Alaphilippe. Hij redeneerde erop los. Enerzijds, anderzijds… Uiteindelijk koos hij voor Kruijswijk.
De wielerpet grijnsde. ‘Kruijswijk?’
‘Laat me niet lachen. Kruijswijk. Die zakt weg in de Alpen. Dan nog eerder Alaphilippe, want….’
‘Zou kunnen,’ dacht ik.
Zijn even oude maat gokte op Thomas. Er volgde een heel verhaal over de winnaar van vorig jaar. Over hoe goed die wel niet is….
‘Thomas? Zou ook zomaar kunnen’, dacht ik.
Tot slot de andere twintiger. Die was helemaal voor Kruijswijk.’ Over topvorm gesproken’,zei hij. ‘Kruijswijk, die is pas in topvorm. Hij gaat met de besten mee omhoog. Hij is stoïcijns met zijn klus bezig en in Parijs staat hij in het geel.’ Dat was zo ongeveer de kern van zijn betoog.
Zijn kameraad met de pet begon nu met stemverheffing te oreren dat Kruijswijk een soort van Joop Zoetemelk is, die altijd maar bij zijn concurrenten in het wiel zit en nooit eens zelf wegdemarreert en dat hij erdoor zit en….
Hij was overduidelijk geen fan van onze landgenoot.’Als jullie Schotten waren of Denen of Polen, dan waren jullie echt niet voor die saaie Kruijswijk geweest. Dan hadden jullie ook gezien dat Pinot de beste is.’
‘Het zou kunnen’, dacht ik, Sterker nog, ‘het kan alle kanten op’, hoorde ik Kruijswijk zelf even later op de radio zeggen.