Het had zo mooi kunnen zijn. Volle voetbalstadions, strijd op de atletiekbaan in het FBK stadion in Hengelo. Strijden om limieten, het breken van records. Niets van dat alles. Bij hoge uitzondering zijn er dan nog wel enkele wielerkoersen van start kunnen gaan. Daarbij blijken de Covid -19 controles belangrijker dan de dopingcontroles, maar dat terzijde. Na een jaar van gedecimeerde sport is er maar één terechte vraag: ‘Waar hebben we onze sportieve energie dan wel in gestoken?’ Zelfmedelijden omdat we niet als toeschouwer in het stadion mochten? Waren er geen alternatieven om onze sportieve geesten te kunnen beteugelen? Hebben we teveel TV herhalingen opgezocht van die wedstrijden die nog enigszins voldoen aan onze wekelijke sportieve behoeften?
Of hebben we juist nu een kans laten liggen? Onze aandacht voor de sport konden we goed gebruiken om te kijken naar de ethiek in de sport. Voetballers en scheidsrechters knielen vlak voor een wedstrijd als protest tegen discriminatie. In de formule 1 is Lewis Hamilton de kleurrijke ambassadeur om discriminatie onder de aandacht te brengen. In april vorig jaar heeft de FIFA voorzitter Gianni Infantino aangekondigd om strengere maatregelen en zelfs sancties in te stellen bij racistische incidenten. We zijn nu een ruim anderhalf jaar verder. Wat hebben we gezien als hernieuwd beleid? Niets! Er was tijd genoeg om nieuwe voorstellen in te dienen. Beleidsvoorstellen die voldoen aan de gedachte dat discriminatie niet thuis hoort in de sport, niet buiten de sport. Nergens! De sportbonden hadden juist nu de tijd kunnen gebruiken om kleur te bekennen. Dat is niet gebeurd. En dat is hen kwalijk te nemen. Toch nog een lichtpuntje…de wedstrijd tussen PSG en Istanbul is wél gestaakt vanwege racisme.
Gerard Kokhuis