ENSCHEDE/OLDENZAAL – De laatste hockeywedstrijden voor de competitie in het seizoen 2020-2021 weden in oktober gespeeld. Daarna werd het stil op de complexen, waar aanvankelijk alleen de jeugd door mocht trainen en later ook de ouderen tot en met 27 jaar weer toegang kregen. Het coronavirus heeft de hockeysport vrijwel volledig lamgelegd, maar er gloort licht aan het eind van de tunnel, constateert Alexander Enzerink, technisch manager bij PW in Enschede en trainer-coach van de Bully-mannen in Oldenzaal. Een gesprek over het gemis van nu en de kansen voor straks.
De vraag aan Enzerink is hoe het de hockeyers is vergaan sinds de sport in een lockdown ging en op welke termijn er eventueel weer mogelijkheden zijn om het balletje in competitieverband te laten rollen. Hij pleit voor iets meer creativiteit en uitdaging, zeker voor de jeugdleden van de hockeyclubs.
Hoe zijn jouw ervaringen met de jeugd van PW, hoe was de motivatie en welke activiteiten zijn er geweest?
‘Als club hebben we de bewuste keuze gemaakt om in december langer door te trainen en in januari direct na de kerstvakantie weer te starten. Wat ons opviel was de motivatie en opkomst bij alle teams. En ik snap dat wel, want de hockeyclub was de enige plek waar de jeugd elkaar nog kon zien. School was alleen maar online en het zomaar afspreken en ergens gaan spelen is nu direct een risico.’
Wanneer zijn er weer mogelijkheden om bijvoorbeeld tegen lokale tegenstanders oefenwedstrijden te spelen? In hoeverre spelen beperkende reisbewegingen hierbij een rol?
‘Tja, als ik dat toch eens wist. Ik hoop echt dat er nog een mogelijkheid komt dat de jeugd onderling in de regio kan gaan spelen. PW organiseert natuurlijk wel een onderlinge competitie op de club, net als vele andere verenigingen, maar iets meer uitdaging buien de club zou wel prettig zijn. En als dat met de fiets moet, dan gaan we dat doen, klaar.’
Hoe was de medewerking van de ouders? Vonden zij het wel handig dat de hockeyclub een soort kinderdagverblijf was?
‘Er is nog geen ouder geweest die de extra trainingen een probleem vond. Sterker nog, ouders zijn juist erg bij dat we bezig blijven met de kinderen op het veld. Het woord ‘kinderdagverblijf’ wil ik niet gebruiken, maar ze vinden het wel fijn dat ze even lekker kunnen hockeyen, ver weg van de playstations. Ouders blijven het wel lastig vinden dat ze het terrein niet op mogen, maar we hoeven ze gelukkig niet uit te leggen dat wij dat niet bedacht hebben.’
Hoe is het enthousiasme van de seniorenteams? Maken zij maximaal gebruik van de trainingsfaciliteiten? En in hoeverre wordt de 27-jaar-maatregel in acht genomen?
‘De enigen die echt altijd door zijn gegaan zijn onze trimmers. Deze groep maakt het niet uit met hoeveel ze zijn, alles mag en ze staan met weer en wind op het veld, erg mooi om die bevlogenheid te zien. Verder hebben we op een aantal zondagen de 27+ groep de mogelijkheid gegeven om in 2- en 4-tallen te trainen. Dit gebeurde onder leiding van Daan Kruisinga, de trainer-coach van ons Dames I, en er is ook op de zondag een heel veld vrij gemaakt voor de trainingen van de senioren t/m 27 zodat zij onderling wedstrijden kunnen spelen en extra kunnen trainen naast de momenten door de week.’
Hoe gaat het met de heren van Bully? Sinds wanneer zijn zij weer volop in training? Hoe was het met hun motivatie toen een eventuele hervatting van de competitie nog ver weg leek? En hoe staan ze er nu voor?
‘Nadat de competitie was gestopt hebben we tot december één keer per week getraind. Het grote voordeel van Bully is dat daar een fantastische hal staat waar we binnen konden trainen, maar daar is uiteindelijk door de maatregelen ook een stokje voor gestoken. In februari hebben we het trainen in 2-tallen weer opgepakt waarbij de motivatie zo goed was dat we gewoon twee keer in de week gingen trainen. Deze trainingen zijn natuurlijk niet altijd even ‘leuk’ omdat je geen duels en partijvormen kunt doen, maar lekker buiten trainen in een tijd dat de sportscholen ook dicht zijn is natuurlijk mooi mee genomen. En ook hier speelt natuurlijk het onderlinge contact wat er is tijdens en rond een training een belangrijke rol.’
Over hervatting van de competitie gesproken: wanneer denk jij dat het (halve) seizoen afgemaakt kan worden? Wordt dat in juni? Of kunnen we het vergeten en zullen we in september weer helemaal opnieuw beginnen?
‘Ik hoop natuurlijk dat er nog wat gespeeld gaat worden. Dat is ook de belangrijkste reden dat ik dit werk doe. Misschien wel tegen beter weten in, want heel eerlijk gezegd denk ik wel dat het seizoen erop zit. Erg jammer natuurlijk en zeker voor de dames van Bully die er voor het tweede jaar op rij erg goed voor staan. Maar ik blijf met de heren en het begeleidingsteam volle bak trainen, want we moeten er natuurlijk wel staan als het toch zover komt.’