Met het overlijden van voormalig coureur Philippe Streiff heef de Formule I-familie deze week een markante rijder uit de jaren tachtig, een man ook met een verhaal. Hij was in de jaren zeventig en met name tachtig een icoon van het raceveld. Er kwam een abrupt einde aan zijn carriere toen Streiff in januari 1989 crashte, navrant genoeg in een training. Het ongeluk vond plaatsop het circuit van Jacarepaguá in Rio de Janeiro.
Streiff overleefde het ‘accident’ op wonderlijke wijze, maar zijn armen en benen raakten verlamd. Einde carrière, maar hoe gek misschien ook klinkt was het niet het einde van zijn naam en faam in de mondiale Formule I-wereld. Integendeel, want de flamboyante Fransman die 54 officiële races reed bleef tot de wereldwijde familie Formule I behoren.
Hij kon niet zonder de sfeer en de support en was zo’n veertig jaar een hartstochtelijk stimulator van het rondreizende circus, waar hij deel van bleef uitmaken. Over geruchten met betrekking tot de falende medische zorg na de crash in Brazilië heeft hij zich weinig uitgelaten. Liever bleef hij zich manifesteren in circus Formule I. Wanklanken kwamen weinig over zijn lippen.
In veel opzichten was Streiff een fenomeen, als getalenteerd Formule I-racer, als strijdvaardig en uitbundig ex-coureur in de coulissen én als vriend of tenminste goede kennis van de groten der aarde als artiesten, staatslieden en collegae. Hoe dan ook was Streiff een fenomeen, En dat mocht iedereen weten, nee, at moest iedereen weten.
Scipio