Hoe dan ook zal de finale van de ‘Australian Open’ dit weekend in vele opzichten een evenement zijn. Novak Djokovic staat er gewoon weer en gaat op voor zijn tiende overwinning. Hij zal het opnemen tegen de rijzende ster Djokovic en neemt het op in de grote finale op tegen Griekse krachtpatser Stefanos Tsitsipas.
‘Ja, het is me wat hè Valentijn’, zou Louis van Gaal zeggen.
Djokovic is net als Van Gaal al tien keer in de problemen gekomen door uitspraken, gedragsuitingen en opvattingen waar de hele wereld commentaar op levert. Dat gaat al zeker tien jaar zo, maar het bereikt nu een kookpunt. Niemand weet de Nederlandse trainer aan het eind van zijn carrière drijft om telkens weer iedereen in de gordijnen te jagen.
Het is klasse, ambitie en zelfzucht Maar dat is koren op de molen van Djokovic en Van Gaal. Adrenaline.
Karakterologisch mogen ze dezelfde trekken hebben, maar er is ook een verschil. Anders dan Van Gaal heeft Djokovic al dat gedoe niet echt nodig. Hij veinst het niet, hij is een Servische stoïcijn En hij staat ervoor. Gedoe over zijn corona-standpunten, kritiek van buitenstaanders op zijn kijk en die van zijn vader op de internationale politiek, het lijkt van hem af te glijden als lauwe pis van een laars. Het raakt hem niet, hij tennist.
We gaan het morgen meemaken, als Novak Djokovic opgaat voor wat misschien wel zijn mooiste eindzege kan zijn. Hij weet dat iedereen alles beter meent te weten, maar dat hij en niemand anders de Mohammed Ali van de tennissport is. De wijze waarop hij zich presenteert getuigt van tennisklasse en geestelijke onafhankelijkheid. Of hij nou de tiende eindstrijd in de Rod Laver Arena wint of niet.
Het zal hopelijk (en vermoedelijk) een geweldige finale worden tussen de oude Novak Djokovic en de aanstormende Stefanos Tsitsipas.
Scipio