Vorige week eindigde ik enigszins in mineur vanwege het irritante gedrag van tennisser Rafael Nadal bij de service. Niet lang daarna mocht ik tot mijn genoegen constateren dat tennis ook een zeer aangename kijksport kan zijn, met dank vooral aan Thiemo de Bakker voor diens geweldige wedstrijd in de Davis Cup tegen Jürgen Melzer, toch maar even de nummer 27 van de wereldranglijst. Vooral de vijfde set, waarin hij de Oostenrijker met duidelijke cijfers (6-1) alle hoeken van de Martini Plaza liet zien, was van een onvergetelijke schoonheid. Het publiek beklom terecht de banken. En dat gold wat mij op de bank voor de tv betreft net zo goed voor het commentaar van Sport1-verslaggever Theo Bakker: deskundig, betrokken, attent en zeker niet ongeestig. Een genot voor het oor, kortom.
Of dat ook van toepassing is op zijn golfcollega bij diezelfde zender kan ik niet beoordelen. Daarvoor kan ik het verschil tussen de eagles en de birdies te slecht onderscheiden. Feit is wel dat waar De Bakker gewoon heel eerlijk was over zijn onmiskenbaar gestegen marktwaarde, Joost Luiten net deed alsof de drie ton die hij zojuist op de KLM Open had binnengeslagen, hem geen bal interesseerden. Even daarvoor was hij er door zijn geliefde nog uitbundig mee gefeliciteerd, maar dat had kennelijk geen indruk gemaakt. Of zou het toch waar zijn? Ik kan het me niet voorstellen, want geld speelt in de professionele sportwereld de hoofdrol. Al moeten we dat ook weer niet overdrijven, aldus Johan Cruyff aan de vooravond van Barcelona-Ajax over de verschillende budgetten van beide clubs: “Ik heb nog nooit een zak met geld een goal zien maken”.