ENSCHEDE – FC Twente wist zondagmiddag eindelijk weer eens een competitieduel in winst om te zetten. NAC Breda werd in de eigen Grolsch Veste met 5-2 verslagen. Het was voor de Tukkers de eerste zege sinds ze op 4 oktober Cambuur Leeuwarden versloegen. Toch ziet Kyle Ebecilio (foto), een van de doelpuntenmakers aan Enschedese zijde, de overwinning niet als een ommekeer.
‘De vorige wedstrijden hebben we niet eens zo slecht gespeeld, dus het voelt niet alsof we een slechte periode afsluiten. Toch hadden we die interlandperiode misschien wel even nodig.’ De overwinning is voor de van Arsenal overgekomen middenvelder wel een opluchting. ‘Eindelijk weer drie punten.’De ploeg van trainer Michel Jansen wist de laatste vier competitieduels niet te winnen. Drie keer werd er gelijk gespeeld en een keer werd er verloren (van ADO) . ‘Het voelde dus ook goed om weer eens te winnen,’ geeft Ebecilio toe. ‘We hebben goed gespeeld en veel goals gemaakt.’ De uitslag doet een makkelijke overwinning vermoeden, maar niks is minder waar. ‘De eerste helft verliep moeizaam, maar gelukkig hebben we ons in de tweede helft goed herpakt.’ Helemaal tevreden is hij echter niet. ‘De tegengoals waren onnodig, we stonden niet goed achterin.’
De geboren Rotterdammer kwam begin dit seizoen over van Arsenal. Spijt van de overgang heeft hij niet. ‘De Eredivisie bevalt goed. Ik heb het naar mijn zin bij Twente en de wedstrijden zijn van een goed niveau.’ Toch was het volgens hem nog wel een aardige stap. ‘Het is wel een groot verschil als je van het spelen van jeugdwedstrijdjes opeens naar wekelijks spelen in de Eredivisie gaat. De wedstrijden hier zijn zwaarder. Het gaat hier echt om winnen, daar ging het vooral om minuten maken.’
De jeugdinternational is blij dat hij destijds de keuze maakte om bij de Engelse topclub te gaan voetballen. ‘Ik heb veel positieve dingen uit die periode gehaald.’ Maar spreekt hij nog wel eens met spelers van de koploper van de Premier League? ‘Ik heb nog wel contact met enkele ex-teamgenoten,’ verklapt Ebecilio. ‘Maar gewoon met wat jeugdspelers hoor, niet met de grote sterren.’
