Tussen werken, eten en korte instructies van de wederhelft door kijk ik naar de Olympische Spelen. Geweldig, zolang er tenminste geen paarden of bogen aan te pas komen. Prachtig om al die verschillende sporten en sporters te zien. Het voetbalt domineert eens niet voor de verandering.
Misschien is het omdat ik geen nachtdier ben, maar ik zie bar weinig van de bijzondere sporten. Wat ik wel vaak en veel zie zijn lieden, die op een bank zitten en wauwelen over sport. Een mevrouw stelt vragen van een onwaarschijnlijk onbenulligheidsgehalte, de gasten gaan daar qua onnozelheid nog eens overheen. De grondgedachte is, dat je een paar flitsen sport ziet waar de – doorgaans tegenvallende – oranje-atleten tegen ballen slaan of bijvoorbeeld enkele minuten aan elkaars kamerjas rukken, want daar komt het judo in concreto op neer. Of de mysterieuze bewegingen van zeilboten, die alle kanten opdrijven, terwijl iemand die telkens in de middenmoot bivakkeert, met het goud kan eindigen. Vreemd.
Enfin: de bankzitter in de studio is iemand die in een ver verleden iets met de betrokken sport te maken heeft gehad. Een belegen sporter of lang vergeten coach, een onbekende medesporter die de limieten niet haalde en thuis zit te kniezen. Deze lieden, die maar zelden de gave van het woord bezitten, bazelen er lustig op los. Terwijl aan de overkant van de oceaan prachtige sport wordt bedreven, mogelijk records worden gevestigd en fraaie en bijzondere onderdelen te zien zijn, kijken we naar een mevrouw met overgewicht, of – in het volgende geval – naar een zeer onbekende jonge vent die blijkbaar aan boogschieten doet. Onze Brabantse Wilhelm Tell heeft op de Spelen zojuist op klungelige wijze de bronzen medaille verspeeld. Werkelijk, ongeveer een kwartier lang ging het aldus:
Presentatrice vraagt: ‘Hij heeft verloren, gôh. Tja, wat is dan het beste? Sjefke met rust laten?’
Antwoord onnozele jongeman: ‘Misschien met rust laten? Ik denk het wel. Met rust laten. Maar er zijn veel mensen daar. Dat valt niet mee dus, dat met rust laten.’
Repliceert presentatrice blij: ‘Ja? Met rust laten? Is dat beter voor de verwerking? Of juist erover praten?’
Antwoord jonge onbekende boogschutter: ‘Met rust laten. Praten kan natuurlijk ook helpen. Hangt er vanaf.’
Daarop: ‘Ja dat is zo, praten helpt. Als jij verliest, helpt praten dan? Of word je liever met rust gelaten?’
Na dit weerzinwekkende geblaat zien we dan een flits van een ruiterloos paard of een moeizaam door het water ploeterende Nederlandse zwemster voorbij komen, waarna er weer snel naar de studio geschakeld wordt waar de volgende vage ex-coryfee op aangeven van de mevrouw weer een reeks clichés en open deuren ten beste geeft. Daarna volgt, crying out loud: een uitgebreide samenvatting van een Nederlandse voetbalwedstrijd.
Ik kijk tegenwoordig naar de Belg of de Brit. Deskundig commentaar bij – nota bene – beelden van allerlei sporten. Het schijnt te kunnen.
Erik Endlich