Als hij morgenmiddag voor de laatste keer door de hoofduitgang van de Grolsch Veste naar buiten gaat, zal – zo neem ik aan – de rode loper worden uitgelegd tot aan zijn auto aan toe. Want FC Twente is Onno Jacobs veel dank verschuldigd. Noem hem ‘de redder van de club’, hoewel veel mannen en vrouwen deze eretitel ook graag zullen willen claimen. Duizenden fans, geldschieters, kwijtschelders (dit woord bestaat niet, ik weet het), bestuurders, juristen, medewerkers, politici, voetballers en trainers hebben in het seizoen 2015-2016 allemaal bijgedragen aan het overeind houden van de club. Misschien moeten ook de sympathisanten genoemd worden, zoals sommige commentatoren van radio, krant en tv. Zelfs de zogenaamde kwade geniussen Joop en Aldo zullen zich een prominent lid voelen van het grote peloton der redders. Er is er echter één die de onbetwiste kopman was van dit peloton en dat was Onno Jacobs.
Op 11 januari jl meldde hij zich vanuit Bleiswijk aan de balie van de Veste. De nieuwe interim-directeur met in zijn binnenzak een lidmaatschapskaart van Feyenoord had een ogenschijnlijk simpele opdracht meegekregen, hij moest de licentie redden. Verwoed toog hij aan het werk. Hij trok hier en daar een la open, bladerde door klappers, bekeek bestanden in de computers van zijn voorganger en viel van de ene verbazing in de andere. Er rolden lijken uit kasten en hij kon niets anders doen dan ze labelen en aangeven bij hogere instanties als KNVB en overheid. Ondertussen stond hij tot aan zijn kin in een zuigend moeras en naast hem stonden al die andere medewerkers van de FC. En onderwijl zag hij af en toe een hoofd onder water verdwijnen.
Jacobs zocht en vond medestrijders en samen kropen ze millimeter voor millimeter uit de penarie, hinkepinkten nog wekenlang langs de vervaarlijke rand van een onpeilbaar diepe afgrond en werden op 17 juni plotseling gered door een zogenaamde beroepscommissie van de KNVB. De enige die er in die dagen met hart en ziel nog in geloofde was Jacobs. FC Twente bestond nog en richtte zich beetje bij beetje weer op. En momenteel staat het overgebleven, bij elkaar gescharrelde elftal warempel alweer heel wat weken op de zesde plaats.
Morgen gaat hij terug naar Bleiswijk, de man die deur van zijn kantoor gewoon open had staan, die deed wat hij aankondigde, die recht door zee was en die een warm contact opbouwde met zijn medewerkers in de verschillende kantoren op de derde verdieping. Een enkele keer sprak hij daar wel eens met stemverheffing, maar dan duurde het maar even en hij kwam erop terug. Op de burelen vond men hem mede daardoor sympathiek. Men liep er graag een stapje harder voor hem.
Onno Jacobs bleef Feyenoorder, maar werd ook Twentenaar. (“Laat het maar 1-1 worden”, zei hij toen beide clubs tegen elkaar moesten.) Hij kwam vanuit het westen, van veraf dus, maar hij eindigt morgen heel dichtbij. De ogenschijnlijk lichte interim-klus bleek een augiasstal te zijn. Maar olv Jacobs is de kwestie nagenoeg geklaard. In tegenstelling tot een aantal oud-collega’s van hem mag hij morgen door de voordeur naar buiten en loopt hij lachend over de rode loper naar zijn auto.
Jan van Halst en de zijnen zullen de volgende stappen moeten gaan zetten.
Geen woord teveel geschreven Gijs, eerder te weinig 😉
Inderdaad, ere wie ere toekomt voor het redden van FCT. Onno, mijn eeuwige dank!!!
Super grote klasse op zien Twents gezegd hardstikke bedankt, we gaan je missen,bedankt voor bewezen diensten
Er zijn maar drie echte redders van de club te noemen:
– De grote suikeroom ut Riessen die de portemonnee weer trok toen het water tot aan de lippen stond;
– De heren van de beroepscommissie, die niet onder de indruk waren van de bende die de club er van gemaakt heeft en ze feitelijk failliet verklaart had moeten worden;
– Ted van Leeuwen, die met een lege portemonnee enkele talenten bij elkaar heeft kunnen scharrelen. Die het vervolgens buiten verwachting goed doen.
Ik denk dat je deze heren even vergeten bent Gijs.
Dank je Jeroen. Maar: de suikeroom hoort volgens mij bij de geldschieters, beroepscommissie noemde ik en Ted heb ik niet vergeten, want hij hoort bij de bestuurders.
Okay?
Als je een column schrijft, vooral niet op mensen die reageren reageren. Als je dat doet vooral niet met Eigen naam, en hautain reageren is al helemaal taboe.
Deze les was gratis.
En wie staan er klaar als jouw vereniging de dood in de ogen staart ?
1. Egbers met een doodse necrologie om aan te verdeen’n.
2. De brandweer om het plastic gecontroleerd af te laten fakkelen.
3. Finkers met een stukje poezië om aan te verdeen’n.
4. Een paar curatoren en een vrachtwagen van de Kringloopwinkel.
Onno is inderdaad een held. Eeuwig zoned dat hij (en Belt) niet bij de club kunnen blijven.
FC Wessels is feit, toevallig heeft een headhunter een stroman van Dikske gevonden.
Ik vraag me alleen af wat er gaat gebeuren als Wessels de wereld gaat verlaten. Wie neemt er dan over en wat is dan de waarde van Reggeborgh voor FCT, zijn kinderen zijn FCT fans? Potentiele valkuil daar.
Gijs: Zonder geldschieters doen je niets in het leven, want dan had Onno, met al zijn slimheid en slagvaardigheid, niets kunnen doen. Dat wat hij gedaan heeft keur ik niet af, allerminst, echter het is wel fijn als je weet dat er een man achter je staat met een hele dikke portemonnee! Niet voor niets zijn ze vaak op audiëntie geweest bij de bouwreus ut Rijssen. Verder is het Oke!