Zaterdag 23 november 2024
Twentesport

Thomas Dekker

Geplaatst op 17 januari 2017 door   ·   Geen reacties

Of ik het spraakmakende boek van Thomas Dekker al gelezen had, vroeg een kennis die te boek staat als wielerkenner.
‘Nee’, luidde mijn antwoord, ‘en ik ben het ook niet van plan.’
Hij was verbaasd, omdat hij wist dat de wielersport ook mij mateloos interesseert. Daar komt bij dat de carrière van Dekker zwaar bevlekt is geraakt door dopingperikelen en andere schandalen. Leuk voor de lezer, toch? Zou kunnen, maar niet voor mij.

Er zijn de laatste tijd heel veel boeken verschenen over topsporters. Het is een hype, zo lijkt het. (Ik moet oppassen wat ik zeg, want ik heb er zelf ook een geschreven. Over Sander Boschker, maar dat weet iedereen, haha.)
Ulrich van Gobbel, Henk Angenent, Simon Kistemaker, Sven Kramer, Ronald Koeman, Hans Kraay jr, Johnny Rep, Jan Ykema, Zdenek Stybar en ga zo maar door. Ik zag er zelfs al een van Max Verstappen, terwijl de beste jongen nog geen twintig is en pas één wedstrijd gewonnen heeft. Binnenkort zal ongetwijfeld de eerste biografie van Memphis verschijnen en kort daarna die van Kasper Dolberg en Justin Kluivert. Er liggen zelfs biografieën over bekende collega’s in de winkel, die zelf van dit soort biografieën hebben geschreven zoals Mart Smeets en Kees Jansma.

In de boekwinkels worden speciale tafels ingericht met louter dit soort boeken. Echter, gezien de weinige uren die een druk mens als ik aan het lezen van boeken kan besteden, ben ik heel selectief in mijn keuzes voor dit genre.  Die van Michel van Egmond over Wim Kieft vond ik geweldig. En af en toe lees ik nog eens in Cruijff, fenomeen van Nico Scheepmaker. Fenomenaal geschreven. Die van Thomas Dekker en die van Fernando Ricksen (ik kreeg hem cadeau vorig jaar) en zelfs die van Johnny Rep die ik vaak heb zien voetballen, zal ik niet lezen, omdat het in die boeken vooral ook gaat over ranzige misstappen die ze begaan hebben. Althans zo las ik in de recensies of zag ik in De Wereld Draait Door en identieke talkshows.
De sportman in mij kan dat niet verdragen. Een ex-topvoetballer die liever een paaldanseres scoort dan een doelpunt, het zal heel geinig beschreven zijn, maar ik hoef dat dus niet uit den treure tot mij te nemen. Elke wielrenner die op doping betrapt wordt, is er een teveel en elke keer als ik het weer eens lees of hoor, baal ik als een stekker.  Ooit was ik fan van Johan Museeuw. Tot hij bekend maakte dat hij met behulp van de plaatselijke dierenarts doping had gebruikt. Ik was compleet van slag. Wat een oen. Zijn biografie zal ik dus nooit kopen.

Terug naar Thomas  Dekker. In 2004 interviewde ik Theo de Rooij die toen nog opperhoofd was van de Rabo-wielerploeg. Hij had net een contract afgesloten met de twintigjarige Dekker. Ik feliciteerde hem daarmee, want ik was ervan overtuigd dat dit megatalent een topcoureur zou worden. Hij won namelijk bij de junioren en beloften alles wat los en vast zat. Hij kon tijdrijden en was uitmuntend in eendagswedstrijden én etappekoersen. In 2003 werd hij bij de beloften Nederlands kampioen op de weg én de tijdrit.

Theo vertelde me toen dat de jonge renner van 20 jaar alles van wielrennen wist. Hij kon je zo de winnaars van de Rondes van Frankrijk of Italië uit de dertiger jaren opnoemen en wist precies welke klassiekers Jo de Roo, Hennie Kuiper of Jan Janssen hadden gewonnen. ‘Ongelooflijk’, zei Theo, ‘en dat voor zo’n jonge jongen. Wat een liefhebber. Ik ben zo blij dat hij onze ploeg gaat versterken.’
Ik wist genoeg. Tevreden reed ik naar huis. Nog een paar jaar en dan zouden ‘we’ weer een superkampioen hebben.

Delen is sportief

Reacties (0)




Archief