Gijs Eijsink was een trouwe lezer van mijn stukjes in het clubblad van EHV. Op basis daarvan gaf hij me in 1996 de kans om columnist te worden voor het nieuwe regionale dagblad na de fusie tussen de Tubantia en de Twentsche Courant. Ik ben hem daar nog altijd uiterst dankbaar voor, vooral omdat het lukte. Normaliter gaan buitenstaanders hooguit twee jaar mee, maar mijn houdsbaarheidsdatum verliep in de zomer van 2001 toen ik met een diepe buiging afscheid mocht nemen. Sindsdien schrijf ik verder op www.linksbek.nl, waarvan de wekelijkse column elke donderdag op de deze website staat.
Afgelopen dinsdag schreef Gijs over de plannen van Joop Munsterman om meer sporten dan alleen voetbal bij FC Twente onder te brengen, naar het succesvolle voorbeeld van grote multiclubs als Real Madrid en Partizan Belgrado. Ik ben daar namens EHV rechtstreeks bij betrokken geweest. Als bestuurslid werd ik samen met de voorzitter en de technisch commissaris ontvangen in de bestuurskamer aan het Colosseum, met Henk Kesler in ons kielzog als eenpersoonscomité van aanbeveling, door Joop en zijn rechterhand Jan Bruins. FC Twente Hockey, dat was het gezamenlijke doel, waarvoor we om te beginnen een EHV-shirt met de naam Munsterman hadden laten bedrukken.
Het was het begin van een veelbelovende periode, waarin kopstukken als technisch manager Cees Lok en hoofd vrouwenvoetbal Mary Kok-Willemsen aanschoven. KNHB-directeur Johan Wakkie en zijn technisch adviseur Arno den Hartog gaven persoonlijk het groene licht om door te gaan. Totdat op 7 juli 2011 het dakdrama plaats vond en alle plannen definitief in de ijskast belandden. Hoe begrijpelijk ook, het had zomaar kunnen lukken. Een voorbeeld: in het voorjaar van 2013 ging EHV Meisjes B1 in de gehuurde spelersbus van FC Twente op weg naar het toernooi om de reserve landstitel in Almere. Op de parkeerplaats stonden ze al met 1-0 voor, een paar uur later wonnen ze de finale en eind van dat jaar werden ze uitgeroepen tot Sportploeg van het Jaar in Enschede, compleet met een balkonscène op het stadhuis. Tja…
Peter Bonder
