Hieronder plaatsen wij het interview met de zaterdagavond overleden Wim Neeskens, dat in november 2013 in TwenteSport Magazine heeft gestaan. (Meer over het overlijden van Willem: elders op TwenteSport.com.)
Wim Neeskens is van veel markten thuis. De Almeloër werd stratenmaker en wielrenner. Als zakenman leidde oa vele jaren een stratenmaker bedrijf, hij was sport- en economisch journalist. In zijn jonge jaren verwierf hij als gerenommeerd wielrenner de nickname ‘Beul van Borne’ naar het dorp waar hij geboren is. Neeskens reed zeker duizend wedstrijden, waarvan hij er 52 won.
De laatste jaren kon je hem tegenkomen in perskamers, catacomben en zalen, in stadions of gemoedelijk in een skybox van het Polmanstadion of de Grolsch Veste bij bevriende zakenmensen. Meestal strooide hij op die plaatsen luid en duidelijk zijn meningen uit, stellingen of oneliners over sportieve en/of economische zaken. We vroegen hem vooruit te kijken op enkele voorname zaken uit het leven dat hij de laatste jaren leidde. Wat gaat het worden? Terugvallen of verder omhoog? Succes of tegenslag? Neeskens voorspelt.
Kunnen FC Twente en Heracles naast elkaar succesvolle voetbalclubs blijven in deze regio?
Neeskens: ‘Als FC Twente en Heracles samen zo’n vijftig miljoen willen weghalen uit de regionale markt, wat een reëel bedrag is, gezien hun pretenties, dan is dat heel veel. Vergeet niet dat ook de topamateurclubs plaatselijk al het nodige uit de markt halen. FC Twente heeft een goede stap gezet door nu te saneren. Ze brengen de schuld van 92 miljoen euro terug naar vijftig, waardoor de rentelast veel kleiner is geworden. Ze moeten ook nog af zien te komen van de 17 miljoen die ze van externe financiers hebben geleend, want de rentes daarop zijn vrij hoog. Als de FC dan daarna in rustig vaarwater komt, is de top weer snel in zicht. Ze hebben de catering en het stadion in eigen beheer, dat is prima. Ik snap trouwen de Raad van Commissarissen niet. Het is belachelijk dat ze niet ingegrepen hebben. Ze hadden Joop & Aldo over de vingers moeten tikken met het onverantwoorde beleid van de laatste jaren.’
En nu Heracles, de club in jouw woonplaats, waar je altijd zo graag komt?
‘Jan Smit slaat te ver door. Elk jaar komt hij vijf ton te kort en moet dan weer één of meer spelers verkopen. De kwaliteit van het elftal gaat steeds verder achteruit. Maar verder verdient het beleid van de club waar het om de financiën gaat, een enorme pluim. En als dan het nieuwe stadion er komt, wordt Heracles een middenmoter zonder zorgen. Almelo is echter geen rijke stad, heeft geen rijke omgeving. Heracles zal steeds moeten improviseren en geluk moeten hebben met het binnenhalen van goede spelers. Maar ik neem mijn petje af voor het feit dat ze onder grote druk steeds stand hebben gehouden.
Trouwens, ik vind PEC ook een goed voorbeeld. Het is knap dat Adriaan Visser, de ex-baas van Sita, die een Twents verleden heeft, in korte tijd een middenmoter heeft neergezet in Zwolle. Er is daar bijna geen speler die meer dan een ton verdient. Zo kan het ook.’
Jouw interesse in de economie is altijd intens. Hoe lang duurt de crisis nog?
‘Ik zie lichtpuntjes. De onderkant van de markt wordt alweer beter. De mensen hebben 370 miljard gespaard. Als dat vrij komt, ben je zo weer op het oude niveau.’
Vroeger was je wielrenner en nog altijd volg je de wielersport. En ook daarin is het crisistijd. Hoe zal dat gaan?
‘De wielersport gaat nooit kapot. We gaan nu een schonere tijd tegemoet. Overigens, laten ze andere topsporters zoals boksers en atleten eens beter controleren en laten ze zich niet altijd alleen op wielrennen fixeren. Ik heb veel respect voor Iwan Spekenbrink en zijn Argos-Shimano-ploeg waarin ook Dik Wessels een aandeel heeft. Die ploeg is een voorbeeld voor velen. Wat wel jammer is, dat is dat het regionale wielrennen afkalft. We hebben veel te weinig wedstrijden hier. Vroeger had iedere plaats een ronde. Dat was goed voor de regio. Nu zijn er nog maar een paar. Wie pakt dit probleem aan?’
Naast je werk als stratenmaker was je ook lange tijd eigenaar van een stratenmaker bedrijf en daarnaast journalist. Een bijzondere combinatie. Je werkte als correspondent voor oa de dagbladen Telegraaf, Volkskrant, Twentsche Courant/Tubantia en Gelderlander. Ook de dagbladjournalistiek zit in een crisis. Hoe zal dat verder gaan?
‘Ik heb inderdaad voor De Telegraaf de hele wereld over gezworven. Alles kon toen, maar nu moeten er honderden mensen uit. Het is een moeilijke situatie. Iedereen roept dat de papieren krant altijd blijft bestaan. Maar het gaat zo hard achteruit, dat er over tien jaar misschien geen krant meer is. Ik ben er niet optimistisch over. Er gaat veel veranderen. Dat geldt ook voor de regionale omroepen. Die zullen ook moeten saneren, omdat ze een moeilijke tijd tegemoet gaan. Ook in die wereld zal het over tien jaar heel anders zijn.’
(foto: Sportfoto.nl)
[…] In het vorige nummer van TwenteSport Magazine stond een interview met Neeskens waarin hij zijn visie gaf op de toekomst van de beide Twentse profclubs FC Twente en Heracles, op de regionale media en op de economie, een sector in de maatschappij waarin hij bijzonder geïnteresseerd was. Dit interview is eveneens op deze website te lezen, of klik hier. […]