GOOR – ‘Teleurstellend’. Volgens Romano Lammertink, trainer van de voetbalvereniging GFC in Goor, vat dit woord het afgelopen afgelopen seizoen samen. Het team eindigde op de zevende positie in de vierde klasse zondag, terwijl de ploeg wilde meedoen in de Top Vijf en en minimaal de nacompetitie halen. Het tweede deeel van een drieluik over de Goorse derby’s. Gisteren Twenthe en morgen Hector.
In het komende seizoen moet dat anders. Ondanks dat er vier basisspelers bij het eerste van GFC zijn gestopt, heeft Lammertink er vertrouwen in. ‘Er komen jonge talenten bij, en er zijn vijf teams overgekomen uit de vijfde klasse. Op zich zijn die wat minder.’
De Rooien begonnen sterk aan de competitie, met zeven punten uit drie wedstrijden. Daarna verloren ze vijfmaal op rij. Uiteindelijk bleken de 39 punten niet genoeg om de derde periode te pakken, wat ten koste ging van de minimale doelstelling.
Gewoon winnen
In seizoen 2015-2016 heeft GFC vier Goorse derby’s gespeeld. Dit resulteerde in twee keer winst en tweemaal verlies. Lammertink vindt dit de mooiste resultaten van het seizoen. “Er stonden vier- tot vijfhonderd toeschouwers langs de lijn en die wedstrijden wil je gewoon graag winnen.’ Hiervoor doet de trainer graag een stapje extra. Bijvoorbeeld vooraf aan de wedstrijd tegen Twenthe, vorig seizoen. ‘Ik had een lijstje gemaakt over de vijf topderby’s uit de hele wereld. Twenthe-GFC stond daar op één, gevolgd door onder andere CA Boca Juniors-CA River Plate en SS Lazio-AS Roma.’ Misschien heeft het geholpen, want GFC won.
In het nieuwe seizoen speelt GFC twee Goorse derby’s minder in de competitie, want Twenthe is gepromoveerd. Ondanks dat zijn de doelstellingen ongewijzigd. ‘Van de vijf vijfdeklassers moeten we – met alle respect – gewoon winnen.’Hij onderkent dat er ook geduchte concurrentie zal zijn. ‘Vier teams (FC Aramea, Avanti Wilskracht, Barbaros, Centrum, red) betalen per punt. Dit zijn goede teams, waar we niet zomaar van winnen’, meent de 44-jarige oefenmeester.
De Tapperij
GFC heeft een ‘eigen’ stamkroeg, genaamd De Tapperij. Het eerste is hier na iedere uitwedstrijd te vinden. Ook als er verloren is. Lammertink: ‘Iedereen moet er dan ook gewoon zijn, om een biertje te nuttigen. Oftewel: je wint en verliest met elkaar.’
De GFC-trainer vindt het niet bijzonder dat ze een eigen café hebben. ‘Meer teams, vooral op ons niveau, hebben dat geloof ik en zelf weet ik ook niet anders. Ik ben, zowel als speler als trainer, al een dikke twintig jaar betrokken bij de rood-zwart gestreepten.’