Ach, hoe zalig was het atletenleven in mijn jonge jaren. Soepel en pijnloos slechtte ik de horden, sprong aanmerkelijk hoger dan de meeste mensen lang zijn en liep jaargenoten op achterstand. Dat dit alles niet zonder inspanning verliep laat zich raden, maar dat leidde niettemin zelden tot fysiek malheur.
Hoe anders is dat nu! Het springen over een lat laat ik thans, het nemen van horden zou mij plat op de bek doen gaan en lopen wil wel, zij het tegen generatiegenoten die een tempo aanhouden dat ik voorheen met gezwinde wandelpas kon bijhouden. Hoewel ik mij op het tartan ... Lees verder >