WEERSELO/OUD-OOTMARSUM – Voor de zevende keer aan de Olympische Spelen meedoen, dat is geen kattenpis. Jos Lansink (51), geboren en getogen in de buurschap Lemselo, doet het. Hij is er in Londen voor de zevende keer bij. Eerst ging hij voor Nederland – in totaal vier keer – en daarna voor België, het land waar hij alweer jaren woont en werkt. ‘Hij heeft het verdiend’, zegt voormalig bondscoach Hans Horn onder wiens leiding Lansink in 1992 goud won in Barcelona. Jeroen Dubbeldam, gouden medaillewinnaar van de Spelen in Sydney 2000, noemt de reeks van zeven achtereenvolgende deelnames uniek.
Hans Horn (foto hieronder): ‘Jos heeft het verdiend. Wat hij presteert is uitzonderlijk. Hij behoort al tig jaar bij de top, hoort al die jaren tot de besten van het land. Op zijn leeftijd kan het nog. Michel Robert doet voor Frankrijk mee. Hij is 63 jaar. De Zweed Bengtsson is 50 jaar. In de springsport gebeurt het vaker. Maar zeven keer achter elkaar meedoen, dat is knap. Je moet je loopbaan zodanig managen dat je steeds een toppaard hebt. En je moet fysiek steeds fit zijn. Daar moet je ook steeds aan werken. Dan kun je relatief lang doorrijden.’
‘Jos is ook mentaal sterk en heeft intussen veel ervaring in zijn bagage. Je riskeert meer met ruiters die voor de eerste keer gaan. Op de Spelen zijn de emoties anders, is er meer druk. Ik heb hem veertien gecoacht en had hem deze loopbaan zeker uit de mouw geschud. Toen hij eenmaal op niveau was, zag ik in hem een ruiter die lang aan de top zou kunnen staan. Hij heeft de motivatie ook nog een achtste of negende keer mee te doen. Dat zou me niet verbazen. Hij is al die jaren een wereldtopper geweest. Het is natuurlijk wel jammer dat hij geen Nederlander meer is, maar hij heeft nou eenmaal die keuze gemaakt. Of hij kans heeft in Londen? Ja, hij heeft een heel goed paard in Valentina van het Heike. Ze is wel eens wat wisselend, maar Jos zal er wel voor zorgen dat ze in vorm is in Londen.’
‘Zeven keer is nogal wat. Het is veel vaker dan ik’, glimlacht Jeroen Dubbeldam (foto rechts) die na zijn gouden plak in Sydney door allerhande omstandigheden nog niet weer aan de Spelen heeft meegedaan. ‘Het zegt wat over Jos als ruiter dat ij dit bereikt heeft. Dat je in zo’n lange periode altijd belangrijk bent geweest voor je land. Jos is een man die altijd op het juiste moment sterke rondjes kan rijden voor zijn land. Zeven keer naar de Spelen, ja dan heb je veel paarden op dat hoge niveau weten te brengen. Het is knap, hij is beslist geen eendagsvlieg. Jos Lansink is uniek. Dat hij zolang die motivatie heeft opgebracht. Een achtste keer is ook zeker niet uitgesloten. Over vier jaar in Rio zie ik hem ook nog wel meerijden. En als hij rijdt, heeft hij het goed voor elkaar. Anders rijdt hij niet.
Foto boven: Jos Lansink in actie met Valentina van het Heike