Dorpsderby’s vertolken het ultieme amateurvoetbalgevoel. Een heel dorp is een paar dagen collectief de weg kwijt en tegenstellingen laten zich heel wat makkelijker dan anders vangen in simpele bewoordingen: rood tegen blauw, noord tegen zuid, witte boorden tegen het volk. Meer nuance is niet nodig. Geen derby is het zelfde, maar toch is het patroon overal gelijk, of het nu in Spakenburg, Katwijk, Groesbeek, Veenendaal, Meppel of Vriezenveen is. Een dorpsroes, inschikken op de tribune, een net even wat venijniger scheldkanonnade als het fout dreigt te gaan en één zekerheid na afloop. De ene helft van het dorp kan een half jaar lang de andere helft uitlachen en hen de uitslag inwrijven.
De dorpsderby dreigt echter een beschermde diersoort te worden. Overal lijken de klierende broertjes, die niet met en zonder elkaar worden uit elkaar gedreven te worden. Als een druppel dreft in een vette pan. Achilles’29 lonkt naar de eerste divisie, De Treffers in wanhoop achter latend. Spakenburg is beter in ongebreidelde geldsmijterij dan in het smeden van een team en staat op de rand van de hoofdklasse, IJsselmeervogels met leedvermaak, maar toch ook enige weemoed achterlatend. Als MSC nu ook nog eens promoveert naar de topklasse, Quick Boys blijft rommelen in de marge en DOVO de stap naar de topklasse ook in de nacompetitie niet kan zetten, dan is de beschermde diersoort heel rap uitgestorven.
In ieder geval is het opnieuw een teken dat de top van het amateurvoetbal samengevoegd moeten worden. Regionaler afdelingen vergroten immers de kans op derby’s. Bovendien kunnen we dan een nieuwe dimensie toevoegen aan de schakering dorpsderby’s: zaterdag tegen zondag. Wat te denken van ACV – Achilles 1894, ONS – Sneek Wit Zwart of Juventa’12 – SVZW (oké, dat duurt nog wel even). Tot het zover is, zet ik al mijn troeven op DOS’37 in de nacompetitie. Zet hem op DOS, op naar DETO!