Als ik bij de KNVB iets in de marketing te zeggen had gehad, dan had ik die spuuglelijke poppetjes van Blokker persoonlijk teruggebracht naar waar ze vandaan kwamen. Verder heb ik me prima vermaakt, niet met de kwaliteit van het spel, integendeel, maar wel vanwege het zichtbare plezier, de enorme inzet en de intense volharding die ze op de mat legden, gesteund door een legioen van hoempapa en tralala en een bondscoach zonder poespas en lariekoek. Veel deskundigen hadden het de afgelopen weken over de definitieve volwassenwording van het vrouwenvoetbal, met als lichtend voorbeeld de Amerikaanse aanvoerder Megan Rapinoe.
Inderdaad, ze kan een aardig potje voetballen, haar Trump-bashen was om van te smullen en vanwege haar strijd voor de homo-emancipatie kan ze niet genoeg geprezen worden. Qua uiterlijk vertoon, met haardracht en juichpose, is ze evenwel net zo’n onuitstaanbare ijdeltuit als Cristiano Ronaldo. Haar ware aard kwam naar boven tijdens de huldiging van de topscorer, speler en keeper van het toernooi. Met zichtbare tegenzin gunde ze onze doelvrouw een plekje naast haar in het spotlicht van de camera’s. Nou vooruit dan, tien seconden mocht ze shinen naast de diva, ongeveer net zo lang, en minstens net zo beschamend, als de zogenaamde minuut stilte van Sepp Blatter voor Nelson Mandela. Allejezus, wat een bitch is dat, zeg.
Peter Bonder