Afgelopen maand publiceerde het wielerblad Procycling een artikel van Raymond Kerckhoffs over de sponsoring van Rabobank tussen 1996 en 2012: ‘Wielrennen plukt nog vruchten van de 350 miljoen van Rabo.’ De renners die momenteel zorgen voor grote successen hebben vrijwel zonder uitzondering ooit met Rabobank op borst en benen rond gereden. Hetzij als lid van een van de ploegen, hetzij als vertegenwoordiger van ons land tijdens een van de vele internationale toernooien waaraan tot en met 2016 een KNWU nationale selectie deelnam.
De NRC beoordeelde of deze stelling feitelijk juist was en interviewde enkele ter zake kundige mensen. Ook ik werd als voormalig ploegleider en -directeur benaderd en gevraagd te reageren. Sportief klopt de these, daar was iedereen het snel over eens. Financieel ook, zeker als de inspanningen van alle lokale banken, commercials, hospitality et cetera worden meegeteld. De commentaren van een woordvoerster van Rabobank, sportmarketingoeroe Bob van Oosterhout en mijzelf leidden tot de analyse dat de stelling ‘grotendeels waar’ werd bevonden.
Een Rabotopman vertelde mij ooit hoe groot de internationale impact en het belang van de sponsoring was. Hij verkocht obligaties op de kapitaalmarkt ter financiering van de groeiende hypothekenportefeuille. Relaties, vertrouwen en gunning speelden in deze wereld een belangrijke rol. Wielergadgets versoepelden soms deals en met de opbrengst zou de ploeg ‘wel een jaartje kunnen draaien.’
Eerder schreef ik op 25 mei 2017 over Rabobank in mijn column ‘Va Banque’: ‘In 2012 verwijderde wielersponsor en ploegeigenaar Rabobank zich met slaande deuren uit de wielersport. Na zeventien seizoenen voegde toenmalig CFO Bert Bruggink daaraan toe: ‘De internationale wielerwereld, inclusief al haar instituties, is behoorlijk verziekt. Het gaat met pijn in het hart, maar het is voor onze bank een onvermijdelijke beslissing’, vervolgde Bruggink. ‘Wij zijn er niet van overtuigd dat de wielerwereld weer in staat is om een schone en eerlijke sport mogelijk te maken (…)’
Ik vertrok bij Rabobank in 2007, de bank stopte in 2012. De wereld is ondertussen aanzienlijk veranderd. We hebben een financiële crisis gehad, het imago van banken staat onder druk. De zorgkosten rijzen de pan uit, de lasten van de energietransitie worden de burger door de strot geduwd, het verkeer loopt volledig vast. De fiets staat als nooit tevoren in het brandpunt van de actualiteit. Als middel en metafoor voor de oplossing van alle maatschappelijke en omgevingsproblemen waarvoor wij worden gesteld. De fiets raakt de portefeuilles van alle ministers, gedeputeerden en wethouders. Past in de het programma van elke politieke partij. Lifestyle instrument, internationaal troetelsymbool, arbeidsvitamine, filebasher, lichaamsontvetter, bloedsuikerverbrander, hormonengenerator en geestreiniger. Vele verschijningsvormen, gemaakt voor peuters, MTB, cross en BMX waaghalzen, ‘benidormbikebastards’, Girowinnaars, -klassieker- koningen en minister presidenten.
Recent is Rabobank sponsor geworden van de schaatsbond. Er zou nog genoeg te oogsten zijn geweest in fietsfeestend Nederland.
Theo de Rooij