Wat er met de Friezen gebeurt als het tijdens een winter twee nachten achter elkaar niet dooit, overkomt een groot deel van de rest van het land als de Tour de France de Alpe d’Huez aandoet. Gert-Jan Theunisse was daar in 1989 weliswaar de laatste winnaar namens Nederland, maar ook bijna 25 jaar later is het enthousiasme onverminderd groot. En omdat Mollema en Van Dam een aardig eindje mee konden komen kleurde de berg oranjer dan ooit. Vooral in bocht zeven schijnt het bijzonder gezellig geweest te zijn en het is een wonder dat de renners ongeschonden konden doorrijden. Je schaamt je kapot voor al die zogenaamde supporters, maar het waren niet alleen onze landgenoten. Er stonden ook veel Engelsen vanwege Froome en wie ooit Engelse toeristen in het buitenland heeft meegemaakt weet dan genoeg. Die gasten zijn doorgaans om elf uur al hagelsteendronken en toen moesten ze nog een paar uur op die puist staan wachten. Nee, het zijn niet meer de wielrenners die verdachte dingen doen, ze zouden de toeschouwers eens moeten gaan controleren. En als ze dan toch bezig zijn laten ze dan ook de verslaggevers van de NOS om hun plasje vragen. Maarten Ducrot die “koekoek” roept en het heeft over “een koekje van eigen deeg waar de mannen geen brood van lusten”. Nou ja, alles beter dan “Parijs is nog ver” en “de Tour wacht op niemand”. En trouwens, wie bedenkt die rebussen in De Avondetappe?