Als trainer dien je jaarlijks een cursus te volgen, anders verloopt je licentie. Overigens zegt dat niets althans weinig. Ik ken trainers die zelfs een paar keer per jaar een leergang volgen, maar een training verzorgen met een volstrekte afwezigheid van enthousiasme, alsof ze zojuist een dierbare hebben verloren. Anderen hebben net wat teveel over bijvoorbeeld de techniek van het lopen geleerd, zodat de atleten de helft van de training huppelen, knieheffen, kaatsen, springen – en zichzelf op video terugzien. Dat laatste doorgaans niet tot ieders vreugde, want wie een beroerde techniek heeft zal ook niet na eindeloze oefeningen beter gaan lopen. Het is nu eenmaal vooral een genenkwestie en daar helpt geen lieve moeder aan.
Onlangs heb ik een cursus De psychologie van het lopen gevolgd. Hoewel interessant, stond de uitkomst natuurlijk reeds op voorhand vast. Ik bedoel: die cursussen worden zonder uitzondering gegeven door ervaren looptrainers. Dan zal er dus nimmer een cursusleider zijn die stelt, dat je van lopen een ernstige hersenbeschadiging oploopt (…), waarom de meeste lopers ernstige psychische problemen hebben en dat hardlopen ten koste gaat van je intelligentieniveau. Waar ik overigens wel voorbeelden van kan noemen.
Goed, over die cursus. Zoals onlangs de hersenonderzoeker professor Scherder(zie foto) beweerde, bestaat er een verband tussen hersenactiviteit en de werking van het hart. Bevorderen wij de conditie en daarmee het hart, dan heeft dat ook een positieve invloed op de hersenen. Omgekeerd kan ook, maar dan moet je wel hevig gaan nadenken, zijnde een inspanning die ik zelden want niet graag verricht. Het gaat zelfs zo ver, dat fysieke inspanning de ziekte Alzheimer wellicht niet tot staan brengt, maar dan toch wel vertraagt. Dat komt goed uit, want mijn ouders zaliger zuchtten onder deze vreselijke kwaal, waarbij sprake was van onder meer decorumverlies en schimmelende etenswaren.Tot nu toe ben ik nog steeds helder van geest. Althans, voor zover ik mijn eega moet geloven, ben ik niet nog dommer dan toen ik twintig was. Soms kan ik vooral namen niet goed meer onthouden, maar dat is het gevolg van een cirkelredenering, catch 22 of selfulfilling prophecy, wat allemaal ongeveer hetzelfde is. Laat me uitleggen. Wie bang is dat hij of zij niet op een naam komt, raakt in een zekere geestelijke verkramping. Stel nou dat ik zijn of haar naam vergeet? Terwijl ik hem of haar toch tamelijk goed ken. Dan is dit het beging van het einde. Het zal toch niet zo zijn! Aldus schiet je in de stress en blokkeren je geestelijke vermogens. Terwijl, als je rustig blijft en niet dat soort associaties hebt, allerlei namen en woorden ongehinderd tevoorschijn poppen. Maar ja: probeer maar eens ergens niet aan te denken. Dat mislukt steeds. Vandaar dat ik slecht namen kan onthouden. Als ik “hé hoi!” roep, bedoel ik u. Gelukkig ken ik deze:
Erik Endlich