Sjongejonge, wat heb ik me de laatste weken weer kostelijk vermaakt om de discussie over Zwarte Piet. We zouden bijna vergeten dat het om een onschuldig kinderfeest gaat en niet om een provocerende uiting van vermeend racisme. Met evenveel plezier heb ik gekeken en geluisterd naar al die zogenaamde, veelal zelfbenoemde Amerika-kenners die er met het grootst mogelijke dedain van uit gingen dat Donald Trump het dus niet zou worden. Ik mag toch hopen dat we vanaf nu van al die charlatans voorgoed verlost zullen zijn en van hun voorspelbare optredens in de media.
Hetzelfde geldt voor het verschijnsel dat me altijd een kamerbrede grijns bezorgt, maar dan niet vanwege een eventueel vermoeden van humor, namelijk het fenomeen van de mascotte. U kent ze wel, die vermomde mafkezen in de verplichte clubkleuren. Ik zie dan steevast voor me hoe een volwassen man (ik neem tenminste aan dat vrouwen te slim zijn om zich voor deze kolderieke vormfout van potsierlijke folklore te lenen) zich amechtig zwetend in een veel te krappe megacondoom wurmt, vervolgens vrolijk hossend het veld op stormt en iedereen in zijn directe nabijheid ongevraagd een knuffel of een high five geeft. Niemand neemt hem serieus – en hij zichzelf hopelijk ook niet, anders was het allemaal nog veel tragischer.
Nou lees ik op de website van mijn favoriete hockeyclub dat EHV ook een mascotte krijgt. De ‘outfit is fantastisch’ staat erbij, en dat geloof ik graag, maar hij heeft alleen nog geen naam en die mogen de leden zelf verzinnen. Aan die flauwekul ga ik mjn kostbare tijd niet besteden, hoewel ‘Donald’ misschien geen slechte suggestie zou zijn (Let’s make EHV great again), want ik ben eigenlijk veel benieuwder naar het antwoord op de vraag wie hierop zit te wachten. Verder kan ik niet garanderen dat ik niet keihard begin te lachen als dat sneue gekkie op het veld naar mijn bescheiden mening te dicht bij me in de buurt komt.
Peter Bonder