Het was dus weer eens een keer de dood of de gladiolen voor mijn clubje afgelopen zondag. Maar ja, het was ook moederdag. Dus toog ik als de braaf huisvader die ik ben zondag niet naar Rotterdam om mijn helden bij te staan op deze zware middag, maar zat ik netjes in het gelid in de achtertuin van mijn schoonouders. Zonder morren en pruttelen, maar ondertussen wel met een licht verhoogde hartslag.
Omdat ik uiteraard wel op de hoogte moest blijven van de ontwikkelingen 150 kilometer verderop, maar ook niet al te sociaal onwenselijk gedrag wilde vertonen (ik ken mijzelf en wist dus wel dat ik niets anders kon dan dwangmatig elke vijfenveertig seconden Twitter checken) had ik een slimmigheid bedacht. Een bekende ter plekke zou me een berichtje doen als er wat zou gebeuren. De rust die dat opleverde zou mijn onherroepelijke gang naar de smartphone wat kunnen indammen.
“Moeten ze nog voetballen vanmiddag”, vroeg mijn schoonvader om 14.37 uur. Nog voordat ik kon uitleggen dat er toch echt gewonnen moet worden hoorde ik de tune van Die Sending Mit Der Maus als teken dat er werd gebeld. “1-0 achter” was het korte bericht. “Fuck”, was mijn korte antwoord. 14.41, weer de Maus. Ik hoorde aan de licht wanhopige stem aan de andere kant van de lijn dat het geen geruststellend bericht was. Inderdaad: 2-0.
Terwijl ik licht hyperventilerend door de koffie roerde en de tompouce vakkundig van het dakje ontdeed, klonk alweer de bekende tune vanuit mijn broekzak. Even speelde ik met het idee om maar niet op te nemen, uit angst voor nog meer rampspoed. Maar ja, verstoppen voor onheil heeft ook geen zin en dus pakte ik toch maar weer op. Aan de eerste zucht door de telefoon hoorde ik al dat het nu beter nieuws was. “2-1, we leven weer.” En terwijl de koffie nog altijd onaangeroerd was en de cadeaus nog van de verpakking werden ontdaan kwam ook het vierde telefoontje binnen. Het was alweer 2-2. “Bel naar niet meer, ik volg het verder wel op Twitter”, zei ik licht beschaamd voor het overige gezelschap, dat voetbal toch vooral ziet als een leuk tijdverdrijf in de zomers van even jaren.
Na tien minuten lang dwangmatig elke vijfenveertig seconden zo onopvallend mogelijk (telefoon op de knie onder tafel) Twitter checken was het inmiddels 2-4 en wist ik dat het goed zat. Ik balde een klein nauwelijks zichtbaar vuistje en borg de telefoon op. De rust keerde terug in mijn hoofd en broekzak. De laatste vijf treffers van de middag nam ik tot mij tijdens een toiletbezoek. Toch fijn dat onze spelers – zij het met enige vertraging – ook rekening houden met afwezige fans op moederdagvisite.
Knap, ik zou het niet kunnen. Sociaal volledig onaangepast zet ik thuis of op bezoek ongevraagd gewoon Fox op. Schijt.