Zaterdagochtend, kwart voor zeven. De gedachte in die eerste nanoseconde na ontwaken is hoe het kan dat de wekker midden in de nacht af gaat. Het is de laatste zaterdag van de zomertijd en dus is het pikkedonker buiten. Het duurt één, hooguit twee seconden voordat het tot me doordringt dat ik er toch echt uit moet. Voetbaltijd. Djiezus. Ook de keeper van de E11 zelf heeft er nog geen benul van dat er anderhalf na nu een topprestatie van hem wordt verwacht. Qua dag- en nachtrite heeft hij de genen van zijn vader geërfd.
Ik mopper onhoorbaar als ik mijn auto richting Ugchelen stuur. ‘Het is verdorie nog steeds donker. Wie verzint dat, voetballen om half negen ’s morgens.’ De keeper van de E11 zit zwijgend naast mij te doen alsof hij wakker is. Nog altijd is het schemerig en ook nog eens mistig als we arriveren op het complex van de lokale vereniging Albatross. De enige vraag die me bezighoudt is waarom een club uit een Veluws dorp op het idee is gekomen om hun voetbalclub naar een slome zeevogel te vernoemen. En dan ook nog in de Engelse spelling. (Ik ben er zojuist na raadpleging van de clubsite met terugwerkende kracht overigens alsnog achter gekomen.)
Als de piepjonge maar niet bijster gedecideerde scheidsrechter de wedstrijd op gang heeft geblazen is het nog altijd niet echt licht. De keeper van de E11 is gelukkig inmiddels wel echt wakker. Onder zijn teamgenootjes zijn namelijk exemplaren die ook om acht uur al een hoofdpijnopwekkende hoeveelheid decibellen weten voort te brengen. Daar word je wel wakker van. En na vier kansloze nederlagen op rij gaat het ook op het veld vandaag van een leien dakje. Het balletje gaat zowaar aardig rond en de thuisclub wordt verpletterend verslagen. De keeper van de E11 hoeft zich vandaag niet al te druk te maken.
Als de 9-1 wordt gescoord breekt zowaar het zonnetje door. Na het laatste fluitje komt de keeper van de E11 mij met een grijns van oor tot oor tegemoet. ‘Yes! Eindelijk weer eens gewonnen.’ Ik doe een high-five met een zompige keepershandschoen en weet weer dat ik hiervoor voor dag en dauw de wekker zet. Volgende week gelukkig om half tien thuis. Lekker uitslapen dus.