Nederland begint een steeds benepener reservaat voor racisten en opportunisten te worden. Tot de laatste categorie behoren de elitaire gelegenheidsdenkers die Zwarte Piet in al hun historische onbenulligheid hebben verklaard tot een ongewenst verschijnsel (‘Het is een vreemdeling zeker die verdwaald is zeker’) dat zorgvuldig gemeden dient te worden. We hebben het hier over de rijke traditie van een onschuldig kinderfeest, dat wordt gekaapt en gegijzeld door beroepsmatige querulanten die verder niets te melden hebben en hun kans schoon zien om de pret te bederven. Ga iets dóen, zou ik zo zeggen.
Dat hoef je tegen Robin van Persie niet te vertellen. Je kunt van zijn gedrag en zijn spel zeggen wat je wil, hij heeft wél de ballen om de racistische reacties op een groepsfoto van gekleurde Oranje-spelers zonder omhaal aan te vallen. Hij heeft recht van spreken, want hij is hun aanvoerder, binnen en buiten de lijnen. Alle politici, onder wier leiding het zover heeft kunnen komen dat het op de sociale media één grote stinkende beerput is geworden, moeten zwijgen en zich diep schamen. Maar dat zit er helaas niet in, want natuurlijk heeft hun zelfbenoemde opperhoofd Frans Timmermans ook alweer gereageerd – al gaat het bij deze megalomane ijdeltuit in zulke gevallen toch vooral om de vraag in welke taal hij dat gedaan heeft.
