Van alle supportersacties is het opwachten van de spelersbus met afstand de meest treurige. Het ziet er gewoon niet uit. Vraag mij om de emotie ‘plaatsvervangende schaamte’ op te roepen en ik denk spontaan aan tv-beelden van Fred Rutten. Staand in de deuropening van de bus, oog in oog met een paar handenvol verontwaardigde Brabanders wier oratorische vermogens duidelijk niet in de pas lopen met hun profileringsdrang. En Fred dan ook nog maar proberen uit te leggen dat hij het ook allemaal liever anders had gezien. Vanaf dat moment wist ik zeker dat Fred Rutten een lieve man is. Misschien wel te lief.
Het meest tragische aan het busje wachten is de uitgestelde verontwaardiging. Niks mis met een scheldkanonnade of ergernisexplosie onder invloed van verse adrenaline. Even de scheidsrechter uitkafferen, of de tegenstander. Of natuurlijk de eigen spelers die week in week uit hun uiterste best lijken te doen te zwelgen in lamlendigheid en onvermogen. Kern is echter dat na het laatste fluitsignaal de adrenaline langzaam weer wegsijpelt en je jezelf een half uur later kapot schaamt voor je neanderthalergedrag.
Maar zo niet bij de buswachters. Die zijn nadat de spelers zich hebben gedoucht en omgekleed, de pers te woord hebben gestaan en de enkele reis Tilburg-Almelo hebben volbracht nog steeds boos. En dan trek je je jas aan en fiets je op een waterkoude zondagavond naar een verlaten parkeerplaats met mede-lotgenoten. Het is niet de beste voedingsbodem voor nuance. Dan denk je niet dat het eigenlijk heel bijzonder is dat je met een minibegroting al tien jaar achtereen in de Eredivisie speelt en dat het wel eens zo kan zijn dat je een keer in degradatieproblemen komt. Dat er – heel bijzonder – toch altijd weer drie clubs zijn die bij de laatste drie staan. Nee, je wil opheldering, eist een verklaring en een excuus. Tenminste, dat denk ik, want wat moeten die spelers anders zeggen? Dat ze de boel bewust saboteren?
Het berichtje op de site van RTV Oost over de buswachters leest bijna als een klein sprookje. Met mooie zinnen als: “Ze zongen de spelers toe met teksten als ‘Schaam je kapot’ en ‘Laat je fans maar in de steek’. De spelers ondergingen het gelaten terwijl ze van de bus naar het stadion liepen.” Maar ook dit sprookje kende een vrolijk einde. Want nadat de spelers hadden gezegd dat ze echt hun best wel deden, maar dat het gewoon niet zo goed lukte allemaal, waren de fans toch ook wel een beetje blij, aldus RTV Oost: “Na het gesprek applaudisseerden ze voor de selectie om daarna in alle rust te vertrekken.”
Niet bekend is of de fans onderweg naar huis zichzelf ook nog hebben toegezongen: “Schaam je kapot, schaam je kapot, schaam je, schaam je, schaam je kapot.”
whaaahhhaaa. geweldig
Jij als supporter van HSC ’21 hebt ook nooit kritiek gehad he op jouw club, spelers, trainers en begeleiders! Als ze verloren hebben deugt er dan niets aan. Jij reageert je af met je pen en deze Heracles supporters doen dat nou een keer zo.
ps Is Stan Waning(verslaggever) jouw broer?? Alleen maar HSC’21 georiënteerd.
Treurig stukje van iemand die niets van echte supporters snapt.
Aanmatigend op de koop toe. De schrijver laat doorschemeren dat hij de emoties van clubsupporters niet kent, ze niet erkent en zich ver verheven voelt boven dat slag. Je zou haast denken dat het een elitaire HSC’erd is.