Wanneer gaan we nu eindelijk eens definitief stoppen met die flauwekul van dat lange-afstandschaatsen? Zelfs een doorgewinterde ijsheilige als Henk Gemser vindt er “niks meer aan” (NRC, 7 januari) en dat wil wat zeggen. Nog niet eens zo lang geleden probeerde hij u en mij wijzer te maken over wonderlijke fenomenen zoals daar zijn de ongeplande ijsafzetting op het linker bovenbeen, het verzamelen van statische arbeid in het lichaamscentrum, capillaire weerstand voor de laatste binnenbaan en de ultieme gelukzaligheid van het ideale glijmoment. Het is allemaal te veel, te lang, te saai. Vroeger namen we een groot bord op schoot en schreven we twee dagen lang alle rondetijden mee, maar toen hadden we ook niets anders. Tegenwoordig twitteren we dat Kramer tenminste goed gewisseld heeft. Het is veelzeggend dat Thialf eind december tijdens de Schaatsweek vrijwel leeg bleef en er voornamelijk ouders van de deelnemers op de tribunes zaten. En waarom organiseren ze zo’n EK in Boedapest? Die Hongaren hebben niets met schaatsen en al helemaal niets met volwassen mannen die lollig verkleed als oranje konijnen vrolijk meehupsen met het obligate getoeter van het verplichte dweilorkest.
We zijn schaatsmoe en dat heeft de sport volledig aan zichzelf te danken. Wie gaat er nu vrijwillig kijken naar de Roemeense nummer drie die ongeveer een half uur over de tien kilometer doet en daarmee ook nog eens een persoonlijk record neerzet? KNSB-sponsor Essent steekt er behalve geld nog wel energie in, maar van ganser harte gaat het niet meer, als we de woordvoerder mogen geloven: “Je krijgt jongeren echt niet meer naar een schaatstoernooi. Dat vinden ze doodsaai.” De moderne sportconsument wil spektakel zien, actie en sensatie. Red Bull Crashed Ice op de Cauberg in Valkenburg trok vorig jaar 35.000 kijkers, overwegend twintigers en dertigers. De achtervolging was een prima idee, maar lijkt nu alweer ten dode opgeschreven vanwege allerlei reglementaire akkefietjes. En wat is de toegevoegde waarde van al die analisten die vast niet alleen maar voor een paar consumptiebonnen naar de studio komen? Hoewel, ik hoorde Erben Wennemars zaterdag op de radio toch nog wel een zinnige opmerking maken: “De vijf kilometer begint pas na drie kilometer.” Mooi zo, dat schiet tenminste op: meer dan de helft eraf en we zijn al een stuk eerder klaar. Kijk, dat soort innovaties willen we zien. Achteruit beentje-over, ook goed.
Bestaat dat nog, schaatsen?