Achteraf kun je altijd makkelijk een wedstrijd beoordelen. Hoe had het moeten gaan? ‘Achteraf kijk je een koe in zijn kont’, zegt het spreekwoord. Toch wil ik graag nog even mijn visie geven op de teleurstellende 0-0 van de FC tegen Vitesse. Twente had de tweede helft van de wedstrijd tegen Vitesse anders moeten beginnen. Vitesse had – als de Italianen vroeger (catenaccio) – voor hun keeper een muur opgetrokken van vijf man vlak voor hun eigen zestien-meter en dicht ervoor een linie van vier spelers. Bony startte op de rand van de cirkel op eigen helft. Je kunt er vergif op innemen dat nu, na dit resultaat, er meer ploegen naar de Grolsch Veste komen met een dergelijke spelopvatting.
Als een tegenstander zo speelt, opteer ik wat meer ingezakt te spelen, om zodoende ruimte achter de laatste linie van de opponent te creëren. Je kunt die ruimte bewerkstelligen door het werkveld wat naar achteren verplaatsen en niet blind op de verdediging vast te lopen; door bij ‘ons’ balbezit de laatste linie tussen zestien-meter en eigen cirkel te laten beginnen, de middenlinie daarvoor en de voorste linie ongeveer op de rand cirkel tegenpartij te positioneren. In die compactheid schuif je als een harmonica naar voren en terug naar achteren. Niet gelijk vastzetten als hun keeper de bal heeft, maar hun opbouw uitlokken, dan er bovenop en zodoende meer ruimte achter hun laatste linie realiseren. Belangrijk is ook om op de vleugels de achterlijn te halen met een linkspoot op links en een rechtspoot op rechts. Chadli en De Jong worstelen met hun vorm, John gaat elke keer naar binnen de drukte in om dan een indraaiende voorzet te geven naar hun verdediging en keeper toe. Weinig beschikbare voorzetten kwamen er en die werden allemaal schuin van achteren ingespeeld. Dat is gemakkelijker te verdedigen. Rosales had dramatische voorzetten. Er kwam weinig ballen bespeelbaar aan. De Jong had echter toch twee keer de kans om in te koppen, maar dat is te weinig. Als er dan geen diepte is, heb je ook weinig aan Fer en invaller Janssen. Kortom, uitlokken en niet gelijk vastzetten, waarbij het ook nog levensgevaarlijk is dat je heel veel ruimte op eigen helft achter je laatste linie weggeeft en achterin zijn het niet allemaal sprintwonders.
Het devies is om op de vleugels door te komen om op de achterlijn afdraaiende voorzetten te geven. Dat is moeilijker te verdedigen. In zo’n situatie moet je ook veel meer van afstand proberen te schieten. En, zoals gezegd, niet meteen erboven op, maar slim uitlokken. Geef de tegenstander het gevoel dat ze de zaak onder controle hebben. Positioneel goed staan, dat is het motto!
Dat gaat toch niet theo. Alsof die tegenstander er dan uit komt. Die vindt het alleen maar prima dat er minder druk wordt uitgeoefend. Nee het probleem is de kwaliteit van de spelers en het baltempo die is schrikbarend laag. Ze kunnen allemaal niet voorzetten en hebben geen creatieve steekbal. En al zouden ze dat laatste hebben op wie moet die gegeven worden er is geen slimheid voorin. En schieten van afstand is al bijna helemaal zinloos als je een pak spelers voor je hebt staan.
Er moet dus kwaliteit bij. Dus op de linksback positie iemand die kan verdedigen maar ook kan aanvallen met een voorzet. Een type stam maar dan voor links. Ook is er geen linkshalf met een slimme bal en scorend vermogen. Dat zou een pranjic kunnen zijn. Ook is er geen nummer tien met een steekbal en scorend vermogen. Daarvoor zou je een donovan kunnen huren. Ook is er geen vevanger voor ruiz. Dat zou ook omdat deze er bijna niet is een type beerens kunnen zijn in ieder geval iemand met een goede voorzet. Dat zou verhoek kunnen zijn. Met deze spelers wordt het al een stuk beter en er komen meer persoonlijkheden in de ploeg want ook daaraan ontbreekt het. En dan is het nog een kwestie van het baltempo veel sneller te laten gaan en goed positievoetbal spelen.