Je bent nummer één van de wereld, maar een talent was je niet. We hebben het over Angelique Kerber die de US Open won. Als tennissend kind bleek ze er weinig van te bakken, maar pa drilde het arme kind en zo word je kampioen. Ze is inmiddels gebrouilleerd met vader, maar dat zie je vaker: zo’n man wil zich overal tegenaan bemoeien en dat blieft een kind, eenmaal beroemd en rijk, niet meer. Een naam wil mij naar niet te binnen schieten, maar het was volgens mij een Olympisch kampioen die evenmin als jongeling uitblonk. Maar de kracht van de eindeloze herhaling bracht hem tot grote hoogte.
Enfin, het brengt ons tot de vraag: was er onder die omstandigheden misschien van u als sporter iets terechtgekomen? Gek misschien, maar die kwestie houdt mij ernstig bezig. Ik denk zelf dat ik ver had kunnen komen. Maar ja: slappe, althans lieve ouders en mijn drang om na één seizoen weer een andere sport te proberen verhinderde mij om te komen tot grote sportieve hoogten.
Ik kon van alles redelijk tot goed. Ik zwom bijvoorbeeld hoog op het water en met krachtige slag. Na zo’n tien meter begon ik weliswaar geleidelijk te zinken en werd mijn armfrequentie een trage film, maar wat als… Een fanatieke ouder, een dito trainer, de nabijheid een zwembad en ik een gretige leerling. Misschien dat ik Van de Hoogeband dan lachend achter mij had gelaten. Wellicht was ik niet verder gekomen dan brons tijdens een regionaal onderonsje. Ik ken een knaap die ondanks zijn aan sport opgeofferde vrije tijd slechts met moeite een potje kon breken tijdens de onderlinge wedstrijden van de eigen vereniging. Arme ziel.
Zo mogelijk nóg meer talent had ik voor de meerkamp. Ik sprong redelijk, hardlopen gemiddeld, werpen was matig. Dus had ik etmalen achtereen in het krachthonk moeten slijten. Dat is uiterst saai, maar wanneer u bedenkt dat u en ik een deel van onze tijd verkwanselen door naar achteraf onbenullige tv-programma’s te kijken en met onnozele vrienden over niks te ouwehoeren – begrijpt u: al die in betrekkelijke ledigheid doorgebrachte uren, dan hadden we ook in een zwembad kunnen liggen, aan zwaar ijzer liggen rukken, eindeloos rondjes op de tartan baan kunnen zwoegen.
Maar nee, wij moesten zo nodig achter de meiden aan, een boek lezen, studeren. Voor wat: een leuk gezin – zeker, ook onderhoudend – en een baan waarvan de uitdaging erin zit meer dossiers in het bakje “uit” te krijgen dan er in “in” ligt.
Ach, hoe mooi was het om in exotische streken aan wedstrijden deel te nemen, fors prijzengeld te toucheren, op de schouders te worden genomen, interessante oneliners te roepen tijdens interviews. Te laat, gepasseerd station, is er niet van gekomen. Maar had gekund. Dan was ik de beste geweest. Beter dan u.
Erik Endlich