Het gaat dus niet door. En het mooie is dat ik nu helemaal niet hoef toe te lichten wat ‘het’ is. U snapt direct waar het over gaat. Jammer natuurlijk, net een paar daagjes vorst tekort. De grootste teleurstelling was echter niet eens het niet doorgaan van de Elfstedentocht, maar het resolute ‘nee’. Ik had zo graag nog een paar daagjes extra voorpret gehad. Want wel of geen tocht, de voorpret was alvast fantastisch.
Zestig uur heeft het geduurd. Sinds maandagochtend half tien stonden al mijn informatiesluizen volledig open voor alles wat met De Tocht te maken had. Ik heb aan een twitterinfuus gelegen. Twintig seconden geen nieuwe tweet maakte al een lichtelijk ongemakkelijk gevoel los. Ik zat te blaffen tegen het beeldscherm als de site van het KNMI niet stipt om tien uur ’s avonds de nieuwe tiendaagse pluim publiceerde.
Wat hebben we allemaal wel niet langs zien komen: Wiebe Wieling, fondantijs, vrijwillige sneeuwschuivers, een bypass over de Fluessen, transplantatie-ijs in Tjerkwerd, het hoofdpijndossier Vrouwbuurstermolen, ijsschrapers, een refoprotest tegen een zondagse tocht, Catarinus Nagelhout uit Woudsend, windwakken in Witmarsum, waterdruk in de Luts. Mijn woordenschat is in amper twee dagen tijd op indrukwekkende wijze uitgebreid en opgefrist.
En dan al die tegenstrijdige informatie. Acht centimeter in Hindeloopen, elf centimeter in Hindeloopen, zes centimeter in Hindeloopen, ruim voldoende ijs in het noorden, nog lang niet voldoende ijs in het noorden, vorst tot midden volgende week, dooi vanaf zondag, dooi vanaf zaterdag, nog vorst tot zondag. O, heerlijk opwindende onzekerheid.
Hoe hebben we dat in godsnaam gedaan in vroeger jaren. Zonder internet, zonder twitter, zonder 34 commerciële zenders, allen met mannetjes ter plaatse in Balk en Bitgum. Toen we in ’97 ’s ochtends in de trein stapten hadden we geen flauw benul van de ijsdikte op de Finkumervaart. Sterker nog, we kenden de hele Finkumervaart niet. De Bonkevaart, ja, we hadden wel een flauw vermoeden dat we daar moesten wezen.
Maar goed, hij gaat dus niet door en de voorpret is voorbij. Een klein beetje hoop is er nog, met een beetje goede wil neigt één van de weermodellen nog naar terugkerende vorst. Maar wil ik het eigenlijk nog wel? De koorts zakt nu al. De lente lonkt, sappige voetbalvelden, rokjesdag. Bovendien, zo mooi als die eerste persconferentie van afgelopen maandag wordt het toch niet meer.