‘Maar die bloemen hadden water nodig, net als liefde tussen jou en mij…’ Op het moment dat het jeugdige ijshockeyteam van Enschede Lions (onder 14 jaar) in de thuiswedstrijd tegen GIJS Bears Groningen via een pijlsnelle uitbraak de 1-6 scoort, schalt uit de speakers van de ijsbaan Twente ‘Vanavond heb ik hoofdpijn’ van Hanny, zo ongeveer het grootste gedrocht dat de vaderlandse muziekindustrie heeft voortgebracht.
Het is niet de eerste marteling van gehoor en goede smaak die de aanwezigen op de ijsbaan zich moeten laten welgevallen. Dat de schromelijk overschatte Guus Meeuwis ooit de strofe ‘Er rammelt plotseling kar, een juffrouw roept koffie, thee, ik heb wel dorst, toch zeg ik nee’ uit zijn pen en bek heeft durven krijgen, als onderdeel van het hopeloze Kedeng Kedeng, is tot daar aan toe. Maar dat de stoere ijshockeyers van Enschede Lions zoveel vullis in volle inspanning over zich heen gestort krijgen, kan bijna opgevat worden als een misdaad tegen de menselijkheid.
En dan laat ik de in een afzichtelijk house-jasje gestoken versie van Rob de Nijs’ magnum opus Malle Babbe maar even buiten beschouwing.
Bij een stoere en dynamische sport als ijshockey hoort stoere en dynamische muziek. Hardrock, metal of grunge. Gillende gitaren, dampende riffs, opzwepende ritmes. Muziek die de adrenaline door de aderen doet kolken, bij spelers én toeschouwers. Hardrock en ijshockey, het is een gezworen twee-eenheid. Overal ter wereld worden wedstrijden ingeleid, begeleid en afgesloten met/door dampende gitaarsolo’s.
Ook het U14-team van Enschede Lions, dit seizoen voor het eerst in competitieverband actief, heeft dit rituele genoegen dit seizoen al ettelijke keren mogen smaken. In uitwedstrijden, welteverstaan, ter mentale ondersteuning van – in eerste instantie – de thuisclub. In Nijmegen kwamen de Devils onder het intro van ‘Runnin’ with the devil’ (Van Halen) het ijs opgestormd. Ze keken er net iets onoverwinnelijker bij dan in uitwedstrijden. Intimiderende grimas, bloeddoorlopen ogen. Hier was sprake van legale doping. Bij iedere onderbreking klonk bovendien een hardrock-klassieker door het stadion: AC/DC, Europe, Metallica, Nirvana, ze kwamen allemaal voorbij. En ik kan me vergist hebben, maar ook de Lions uit Enschede gingen er beter door spelen.
In het ijshockeystadion van de Jaap Eden-baan in Amsterdam lieten de plaatselijke Amstel Tigers zich inspireren door het oude, hardere werk van Bon Jovi, afgewisseld met Guns ’n Roses, AC/DC en ook weer Metallica.
Op de ijsbaan van Enschede zingt Hanny daarentegen ‘Ik ben geen kaars die je op kunt branden, ik ben geen nummer in een lange rij’. Probeer uit die muzikale ellende maar eens mentale doping te destilleren. Je krijgt er slappe knieën van, een weeïg gemoed.
Ik begrijp best dat de IJsbaan Twente door zijn multifunctionaliteit een bandje opzet met een paar allegaartjes, in de hoop alle aanwezigen – ijshockeyers, shorttrackers, recreatieve schaatsers, bezoekers – een beetje achtergrondmuziek te bieden. Ik besef ook dat de ijshockeyers van Enschede Lions het ijs op het binnenterrein slechts huren en aan het muzikale front nog geen ‘status aparte’ afgedwongen hebben. Maar sommige dingen in het leven kunnen gewoon niet… Zoals Hollandse tranentrekkers bij het ijshockey.
Ergo: maak van de U14-wedstrijden een happening en breng de attractiewaarde voor spelers en toeschouwers op peil met passende (hard)rockmuziek. Het lijstje met nummers is snel gemaakt. Daar hoeven we de Top-2000 niet per se voor te raadplegen.
Over het intro kan en mag geen misverstand bestaan. Welcome to the jungle van Guns ‘n Roses! De Lions als koningen van de jungle, als alleenheersers van hun exclusieve ijshockeyterritorium in Enschede, die hun tegenstanders al grommend opwachten…
En later, op de momenten dat het spel stil ligt, opgezweept worden door fragmenten van pak ‘m beet Rock on (Vandenberg, voor het Enschedese tintje), Smoke on the water (Deep Purple), I want it all (Queen), Out of nowhere (Faith no more), Sad but true (Metallica), Run to the hills (Iron Maiden), Aneurysm (Nirvana) en Cold as ice (Foreigner).
Het zorgt onherroepelijk voor nieuwe energie, voor nieuw elan, anders dan bij de smartlap van Hanny: ‘Onschuldig kijk je dan in mijn ogen, en dan vergeef ik je elke fout…’