Het zijn mooie weken voor de pur sang sportliefhebber. De Olympische Winterspelen brengen dag in, dag uit prachtige wedstrijden. Zelf geniet ik elke dag. Gisteren bijvoorbeeld nog van de 500 meter schaatsen bij de mannen en van het schansspringen, ook zo’n magisch onderdeel van de Spelen.
Elke dag gebeurt er wel wat. De Nederlandse schaatsers waarvan een aantal exact op het goeie moment in topvorm was, de skiërs zoals de Tsjechische snowboardster Ester Ledecka die ‘even’ mee kwam doen aan de Super G en juichend goud won. Ik zit soms met open mond te kijken naar jonge sterren als Chloe Kim op de halfpipe, de tiener Redmond Gerard op de slopestyle en ga zo maar door. Mooi en razend knap.
Afgelopen vrijdag zag ik het begin van Voetbal Inside en zag de enorme lachbui van René van der Gijp over de Winterspelen. Hij kwam niet meer bij. Dat Nederland een flinke stapel gouden medailles haalt, is compleet belachelijk, volgens hem. ‘Het schaatsen stelt geen flikker voor’, zei hij. ‘Het is folklore’, zei Johan Derksen. Beide heren gingen los. Ze vinden die Spelen belachelijk, liggen dubbel om commentator Erben Wennemars en bazelen meer van die kortzichtig meningen. Heel jammer, want we kijken naar topsport van het zuiverste water en hebben daar veel plezier aan. En miljoenen Nederlanders genieten ervan.
Dat ‘wij’ zo goed kunnen schaatsen heeft alles te maken met de intensieve manier van trainen, met het grote aantal kunstijsbanen, met de innovatieve methodes waarop de landgenoten in topvorm worden gebracht. De Noren kunnen goed skiën en skispringen, zoals we gisteren konden zien. De Amerikanen kunnen goed snowboarden, wij kunnen goed schaatsen. Houen zo. Overigens, gistermiddag kon je bij de 500 meter nog eens zien hoe internationaal de schaatssport is. Bij de eerste vijftien van de eindstand zaten tien nationaliteiten uit alle werelddelen. Het waren enerverende races met verrassend genoeg een bijrol voor de Nederlanders.
Tot slot nog een compliment voor Jorien ter Mors (foto), onze Twentse ster die twee disciplines beheerst in de schaatssport. Ze staat op drie gouden medailles en is daarmee de meest succesvolle Twentse Olympische topsporter aller tijden. En ze is nog lang niet klaar. IJs en weder dienende is Jorien er over vier jaar ook weer bij. Ze is dan net 32. Ze heeft dan intussen het shorttrack losgelaten, waarin ze een indrukwekkende loopbaan heeft gehad met een kast vol eervolle medailles. Jorien is dan specialiste geworden op het langebaanschaatsen. Ik ben zeer benieuwd wat dat gaat opleveren.
Maar voor de komende dagen: veel plezier nog met de Winterspelen in Pyeongchang.
