In een tijd waarbij de avondklok en de 1,5 meter afstand ons leven beheersen, zou je denken te leven in een winterslaap met rust, veel rust. De enige snelheid… om op tijd thuis te zijn. Maar het tegendeel is waar.
Toeval of niet, de oplettende lezer heeft het al lang gezien. Het begon allemaal tijdens de internationale schaatswedstrijden in Thialf, Heerenveen. Wat is mooier om als organisatie na al die wedstrijden Europese- en wereldrecords op de palmares te kunnen bijschrijven. En dan wereldrecords die normaliter worden gereden op de hooglandbanen als Calgary en Salt Lake City. Immers, hoe minder luchtweerstand, hoe harder je kunt schaatsen. Nu gebeurt het in Thialf, een laaglandbaan, verhoudingsgewijs veel luchtweerstand en dan toch snellere tijden? Een lumineus idee: zorg dat je de wind in de rug krijgt. Dus draai je de ventilatieroosters dusdanig dat je rugwind krijgt. Hoe eenvoudig kan het zijn.
Snelheid. De sport waar de snelheid tot de meeste verbeelding spreekt, is de Formule I. Lewis Hamilton presenteerde deze week in alle stilte –nou ja alle stilte- zijn nieuwe bolide. De Mercedes moet hem komende maanden zijn achtste wereldtitel brengen. Hij krijgt wel concurrentie van een telg uit het racecircuit de 21 jarige Mick Schumacher, de zoon van de zevenvoudige wereldkampioen, Michael Schumacher. Dat Lewis Hamilton ook dat record zal breken, daar twijfelt niemand aan.
Dan de problemen met de tennisbanen in het Rotterdamse Ahoy. Nu, tijdens het toernooi zwelt de kritiek, niet zoals in Thialf vanuit de kleedkamers maar nu openlijk op de baan en naar de organisatie. De kritiek richt zich voornamelijk op het gegeven dat de banen niet snel genoeg zijn. Zverev, Medvedev en de Nederlander Wesley Koolhof hebben moeite om zich aan te passen. Daarbij komt nog dat ook de ballen te traag zijn.
Maar sinds woensdag 3 maart is er een sport bij gekomen waar wij als publiek allemaal deelnemer van zijn. De tijdsfactor speelt een belangrijke rol. Vooraf bepaal je een strategie. Wat wil ik wel, wat wil ik niet. Binnen 10 minuten moet het spel gespeeld zijn. Na de aanmelding pak je het wagentje, kijkt al vooruit naar de startplaats om daar een zo voordelig mogelijke positie in te nemen. Om dan, als het GO-teken wordt gegeven alles en iedereen voorbij te rennen. Op dat moment ben je op het parcours van het internationale ‘AC-Tion’. Zorg dat je in die bewuste 10 minuten alles binnen haalt wat je nodig denkt te hebben. En dan, na exact 8 minuten vraagt de speaker je om het parcours te verlaten. Snel, sneller het snelst! Het afrekenen bij de kassa gebruik je om bij te komen, een moment van herstel.
Het schrijven van deze column? 464 Woorden in 1 uur 3 minuten en 24 seconden. Dat moet volgende week sneller.
Gerard Kokhuis