ENSCHEDE – Er valt weinig tot niets af te dingen op de nederlaag van FC Twente in de bekerwedstrijd tegen een veel beter AZ. Het betekent wel dat de Enschedese club zich volledig kan richten op de reguliere competitie waarin de roodhemden er beter voorstaan dan verwacht. Het doel is vanaf in elk geval kwalificatie voor de nacompetitie om Europees voetbal.
Het was vanavond in de Veste leeg en koud en FC Twente paste zijn spel daar zo te zien op aan, want het ging moeizaam. AZ speelde zeker geen topwedstrijd, maar was veel te hoed, aan de bal en ook zonder de bal. Het was pover en tam en van Twentse kant deplorabel. FC Twente kwam na rust op voorsprong door een fout van doelman Peter Vindah, die zich na een eigen fout-uit-gemakzucht genoodzaakt zag Manfred Ugalde tegen de grond te werken en vervolgens de toegekende strafschop vervolgens niet wist te keren.
Het was als gezegd zeer tegen de verhouding in dat de Tukkers de score openden, maar daar had Ricky van Wolfswinkel, dit seizoen dé strafschopspecialist van FC Twente, uiteraard lak aan en hij faalde ook dit keer niet: 1-0.
Uiteindelijk was het niet genoeg, en verdiend zou winst het al helemaal niet zijn geweest. Door twee goals van de ploeg uit Alkmaar zette de formatie van Pascal Jansen de wedstrijd in de achtste finales van de strijd om de KNVB-beker alsnog naar zijn hand. Eerst was er een eigen goal van Julio Pleguezuelo (ook dat nog) en vervolgens een reguliere van het Alkmaarse spitswonder Vangelis Pavlidis.
