Bijgaande column is geschreven door Rob Dieleman, woonachtig in Ootmarsum, maar vooral van het Gelredome
Niet verwacht. Aan het begin van de zomer zat ik al ruim en breed in de acceptatiefase van de rouwverwerking. Heel ontspannen eigenlijk. Vitesse zou er niet meer zijn. Jammer, maar het is niet anders. De club had het er echt zelf naar gemaakt. Eerlijk gezegd had ik een roemloos einde al jaren eerder verwacht en had m’n seizoenskaart na dik twintig jaar niet verlengd. Met die rare Russen op de tribune en die wonderlijke Chelsea spelers op het veld. Vaak erg goed, maar zo weer weg. Ik was er al lang klaar mee. Af en toe keek ik nog een potje op de TV en schold ik incidenteel mee op de supporterssite. Dat was het wel.
Nu mag Vites door, weliswaar in de Eerste Divisie, maar toch: door. Okay, mooi en verrassend.
Die verrassing werd nog groter toen er ook nog een recordaantal seizoenkaarten werd verkocht en er op de tribune, nu al een aantal wedstrijden, een dikke 15.000 man zat. Ongekend. Wat is hier aan de hand? Marcel van Roosmalen, al jaren de chroniqueur van mijn geliefde rammelende middenmotor heeft het al vaker gehad over de zeikmentaliteit van de Arnhemmer en de Vitessesupporter in het bijzonder. Wat is er nu toch in hen gevaren? En Marcel heeft gelijk: Al stond de club keurig op derde plaats en werd er volgens de mensen die het kunnen weten prima gevoetbald, de Vitesse supporter vond het: “Ech helemaal naks!”. Een speler als Matthew Amoah, een verdienstelijke spits die toch altijd goed was voor minimaal 15 goals per seizoen kreeg, als hij op de goal afstormde, al het een ander te horen. Het gezeik op de tribune was dan niet te harden: “Afspele eikèl!”. Hij was dan nog niet eens over de middenstreep, en “Hij ken alleen maar renne die zwerte, afspele gevaarlijke gek!’ en meer van dat soort fraais. Het was dan ook niet zo vreemd dat Amoah mede om die reden opgelucht naar de Bundesliga vertrok. Snapte ik wel.
Maar goed. Het was ook af en toe genieten, met voor mij als één van de hoogtepunten: Vitesse-Ajax 3-2 in 2013. Een achterstand van 0-2 omgebogen in een 3-2 overwinning door onze eigen Theet (Theo Janssen) met de 1-2. Stem kwijt. Ik geloof dat ik na twee weken pas weer verstaanbaar was. Toegegeven ik heb ook nogal wat wedstrijden voor het grootste deel van de tijd met het hoofd tussen de knieën bekeken. Wat konden ze ook ongelofelijk klooien. Ooit had ik een inmiddels zeer bekende Twentse ondernemer meegenomen naar mijn cluppie tegen fc Twente. Gezellig, leuk. We zaten nog niet of het stond 0-3, eindstand 1-4. Lekker dan.
Nou ja, nu zijn er dus nieuwe kansen, nieuwe mogelijkheden en er is weer hoop. De Arnhemmers bestellen een dikke 11.000 seizoenkaarten en gaan in drommen naar het Gelredome. In jaren niet vertoond. Op het veld staan enthousiaste snotjochies, voor een deel van eigen kweek, en een ervaren vechtjas met een lichte persoonlijkheidsstoornis. De directie lijkt op orde en de trainer klopt ook wel. Het publiek is mild en vriendelijk. Dit moet lukken. Ik hoop en verwacht een snelle return naar de Eredivisie en dan weer terug in de top 5. En dan weer ouwerwets zeiken op de tribune: “Naar veure luie flikkers!” Lekker opnieuw beginnen. Ik heb er zin in.
Rob Dieleman