ALMELO – Ofschoon hij in het keurkorps van Heracles centrale verdediger is (en geen flankverdediger, zoals eerder abusievelijk gemeld (hetgeen niet onopgemerkt is gebleven), ontwikkelt Justin Hoogma zich in rap tempo tot een voetballer die de achterhoede der Almeloërs in de volle breedte (dat dan weer wel) onder controle heeft, alles ziet en waar nodig ingrijpt – bijsturend en corrigerend.
Hoogma toont zich een speler met gedoseerde branie, een (jonge)man met overzicht én inzicht. Aardje naar zijn vaartje. Dat gestaalde zelfvertrouwen en dat aangeboren inschattingsvermogen zijn, hoewel genetisch bepaald (vader Nico Jan, de tegenwoordige algemeen directeur van Heracles, etaleerde dat ook in zijn carrière als verdediger van FC Twente, Hamburger SV en Heracles – in die volgorde) vooral een teken van volwassenheid.
Het is niettemin bijzonder voor een jongen van net achttien. Hij stond zondag tegen Willem II voor de tweede keer in de basis (debuteerde als invaller afgelopen maart uit bij NEC) en werd uitgeroepen tot Man of the Match, mede doordat good old Ramon Zomer geblesseerd is.
Zelfreflectie
Het gaat hard met Hoogma. In een persbericht van Heracles komt hij aan het woord en hij toont kritische zelfreflectie over zijn optreden tegen Willem II: ‘Bij de tegentreffer zit ik wel fout ja. In zo’n situatie moet ik de bal gewoon wegschieten. Dat heeft niet te maken met concentratieverlies, maar meer met het feit dat ik alles voetballend probeer op te lossen. Op dat moment moet ik gewoon minder risico nemen.’
Over zijn uitverkiezing tot Man of the Match laat hij zich gereserveerd uit: ‘Dat vond ik niet helemaal terecht. Er waren zeker spelers die beter speelden dan ik vandaag, waaronder Brahim Darri.’ Ook nog eens bescheiden, waar kom je dat nog tegen?
Goede correctie Han, zo kennen we je weer! Die Hoogma jr niet te snel op een voetstuk plaatsen, want bij het minst of geringste kukelt hij er weer van af. Laat hij maar eerst even 17 wedstrijden constant zijn, dan praten we graag verder over deze speler
Han Pape goed op weg naar onsterfelijke status onder Almelose eierdoppen en bijhorende geuzennaam ‘Han Pauper’.