Vijftien kilometer voor de aankomst van de Omloop het Nieuwsblad begon voor mij dit wielerseizoen. Plotseling, vanwege een link naar het verleden, gemaakt door de Belgische commentator Michel Wuyts. Een man boordevol feiten en feitjes, heel veel kennis, een geheugen dat zich qua omvang niet laat beschrijven. ‘In deze bocht liet Eddy Merckx in 1975 Frans Verbeeck ter plekke’, zei Wuyts met haast overslaande stem van de herinnering aan toen. Het raakte mij. Zo uit het niets die enthousiast uitgesproken woorden van Wuyts, de man die als geen ander het wielrennen thuisbrengt.
Ik was weer thuis, het seizoen was echt begonnen. De andere al verreden wedstrijden boeiden me niet, veredelde trainingsritten. Noodzakelijk voor de renners, maar weinig betekenisvol. Misschien ook wel juist vanwege het commentaar. Ik heb een voorliefde voor het koppel Michel Wuyts en Jose de Cauwer. Kijk vrijwel altijd naar de Belg als het om wielrennen gaat. Hun beleving, chauvinisme, humor maar vooral kennis van het vak wielrennen, het pakt mij. Ben het lang niet altijd met hun eens maar daar stap ik gemakkelijk overheen. Het is puur amusement, een hoorspel tussen twee wielergekken. Luisteren is hoofdzaak, de beelden kleuren het commentaar, niet omgekeerd.
De dag erop, bij Kuurne-Brussel-Kuurne, was Wuyts er niet bij. Coming man Renaat Schotte nam zijn plaats in, De Cauwer was er wel. Schotte zal in de toekomst Wuyts opvolgen, is al heel ver. Totaal anders dan Wuyts, maar hij zal het wel gaan maken. Het gekke was dat ik een heel andere De Cauwer hoorde. Het leek wel of hij totaal niet om kon gaan met de lange ontsnapping van Mathieu van der Poel cum suis. Steeds maar weer benadrukken dat dit niet kon, niet logisch was en zeker tot mislukken gedoemd.
Het oude wielrennen kwam weer bovendrijven, de ploegencontrole, de voorspelbare kopgroepen, die twintig kiolometer voor de meet teruggepakt zijn en dan kan het echt beginnen. Het voorspelbare wielrennen, waar iedereen eigenlijk wel op uitgekeken is. Hij kreeg gelijk, maar het duurde wel tot 1.600 meter voor de finish. En tot dat moment genoot ik van een echte strijd.
Mannen als Van der Poel, Van Aert, Evenepoel en Alaphilippe wachten niet tot het eind, knallen er veel eerder in. De jeugd heeft zijn eigen manier van koersen. Een verademing. Van der Poel had genoten, zei hij na afloop. Treurde niet te lang om het mislopen van de overwinning. Wuyts ziet dat, accepteert het, juicht het toe. Het leek dat De Cauwer nog een paar stappen moet maken. Of miste hij zondag toch de leidende stem van Michel Wuyts?
Harry Middeljans